Dichtbij Jezus, dichtbij mensen, dichtbij jou
‘Mogen allen één zijn’, zo bidt Jezus voor zijn leerlingen (Joh 17,21). Kardinaal Jozef De Kesel verduidelijkte naar aanleiding van honderd jaar Mechelse gesprekken: ‘Juist in een pluralistische cultuur waarin het geloof in God geen evidentie meer is, hebben we nood aan eenheid in ons getuigenis tegenover de wereld. Want de Kerk is in haar wezen een teken en sacrament van eenheid, niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de hele mensenfamilie.’ De eerste stap naar ‘eenheid in verscheidenheid’ is de ander leren kennen, vandaar deze artikelenreeks in ons bisdomblad. Nu maken we kennis met de evangelische christenen.
Achtergrond
‘De toekomst is charismatisch en evangelisch’
In zijn boek ‘De toekomst van het christendom’ (2010) poneerde de bekende Britse theoloog Alister McGrath een boude stelling. Over een aantal traditionele Kerken, waaronder de anglicaanse Kerk waartoe hij zelf als priester behoort, stelt hij dat ze (in het Westen) enkel nog een toekomst hebben naarmate ze ‘charismatisch en evangelisch’ worden. Voor onder meer het katholicisme nuanceert hij dit. Hier wijst hij erop hoe het zwaartepunt al lang niet meer in Europa ligt. En inderdaad, hebben we intussen geen Argentijnse paus die zelf bisschoppen uit andere werelddelen benoemt op sleutelposities? Maar net in die andere werelddelen zijn de grote uitdagers voor de rooms-katholieke Kerk, jawel … de pinksterbeweging en de evangelische kerken.
De pinksterbeweging
Eigenlijk gaat het om vrij recente kerkgenootschappen. De oorsprong van de pinksterbeweging gaat terug op Charles Parham en William J. Seymour. Zij kregen aan het begin van de 20ste eeuw oog voor de werking van de heilige Geest, onder meer bij het ‘spreken in talen’, zoals dat in Handelingen 2,1-4 wordt omschreven. Dit elan groeide uit tot een wereldwijde beweging. Telkens vind je er een grote aandacht voor de aanwezigheid van Gods Geest – de grote Vergetene in de katholieke geloofstraditie – in alle aspecten van het leven, naast een meer informele liturgie, een nieuw muzikaal repertoire en doorleefde getuigenissen in plaats van abstracte geloofstaal. Het aantal pinkstergelovigen wereldwijd heeft intussen de kaap van 600 miljoen overschreden.
Vanaf eind jaren 1960 kent de pinksterbeweging in de charismatische vernieuwing ook een katholieke pendant. Het zijn overigens niet noodzakelijk ‘randfiguren’ die er zich mee associëren. Raneiro Cantalamessa, sinds 1980 de huispredikant in het Vaticaan en sinds november 2020 ook kardinaal gecreëerd, is destijds als hoogleraar theologie een nieuwe weg ingeslagen door wat hij omschrijft als een ‘doopsel in de Heilige Geest’. Sindsdien was hij erg actief in de dialoog met de charismatische vernieuwing en met de pinksterkerken (zie een interview in Tertio 25/11/20). De pinksterbeweging, met zijn sterke nadruk op Godservaring, is het belangrijkste (christelijke) alternatief voor het rooms-katholicisme. Dat toenemende belang geldt ook voor het eraan verwante evangelicalisme. De meer traditionele Kerken kunnen de ogen niet langer sluiten voor hun dynamiek. De grote vraag is: wat tonen ze ons over ons eigen geloof?
Evangelische christenen wereldwijd
Pioniers waren de Engelse broers John en Charles Wesley (18de eeuw). Ze vonden bij hun medechristenen in de ‘nationale’ anglicaanse Kerk maar weinig persoonlijke en emotionele toewijding aan het geloof en pleitten daarom voor een sterke vernieuwing. Uiteindelijk zijn ze uit die Kerk gezet, maar ze vonden wel medestanders. Door de migratie vanuit Engeland naar Amerika, breidde de beweging van het evangelicalisme zich ook naar daar uit, met als Amerikaanse boegbeeld Billy Graham (zie ook het interview) en een steeds grotere rol voor evangelicals op het publieke forum, zeker nadat in 1976 Jimmy Carter, een ‘wedergeboren’ christen, president werd.
Evangelicalisme omvat vele groepen en stromingen, met soms grote verschillen. Over wat hen bindt, schreef de Britse historicus David Bebbington in zijn standaardwerk Evangelicalism in Modern Britain (1989) dat het telkens gaat om een vorm van orthodox – hier in de zin van rechtgelovig – christendom, dat vier belangrijke klemtonen legt: op bekering (vgl. ‘jullie moeten opnieuw geboren worden’, Joh 3,7), op een actieve betrokkenheid van de leden (ook missie), op de Bijbel en op de betekenis van het kruis voor elke mens persoonlijk. Terwijl er in Europa heel wat gemeenschappen bij komen, blijft de grootste invloed toch uitgaan van Engelstalige en vooral Amerikaanse evangelische kerken. Maar te verwachten is dat, net als in de rooms-katholieke Kerk, de aangroei in Zuid-Amerika, en vooral in Afrika en Azië, meer en meer bepalend wordt voor het christendom van de toekomst.
Evangelische christenen in Gent:
Interview met Filip De Cavel
Filip De Cavel is godsdienstleraar en als ‘oudste’ verbonden aan de gemeenschap ‘De Rots’ in Wondelgem. Hij is een uitstekende gids die met realisme en enthousiasme onze verkenning verder zet.
Om de roots te vinden van de evangelische christenen in Gent moeten we terug naar 1928. Op de Nederkouter in Gent werd toen een ‘Evangelische Tempel’ opgericht door de Belgische Evangelische Zending (BEZ), tegenwoordig VIANOVA geheten. ‘Tempel’ verwijst naar ‘temple’, dat voor de protestanten in Frankrijk een alternatief werd voor ‘église’, een exclusief woord voor rooms-katholieke kerken. Het ontstaan van die BEZ gaat terug op Ralph en Edith Norton, een Amerikaans echtpaar dat tijdens de Eerste Wereldoorlog Belgische soldaten hielp die in Londen verzeild raakten. Ze bleven ook na de oorlog betrokken en stichtten in Brussel onder meer een Bijbelschool, de voorloper van de huidige Evangelische Theologische Faculteit in Leuven, waarvan onze geïnterviewde (zie verder) de voorzitter is.
De predikanten van die Bijbelschool richtten in heel België kerken op. De Gentse BEZ-post verhuisde in 1958 naar de Burgstraat, tot op vandaag de thuisbasis van ‘De Burg’. Van die kerk is De Rots aan de Vierweegsestraat in Wondelgem een afsplitsing. We ontmoeten er theoloog en godsdienstleraar Filip De Cavel. Hij is als ‘oudste’ aan deze levendige gemeenschap verbonden.
Bijna honderd jaar na dat prille begin op de Nederkouter is er blijkbaar heel wat aangroei?
‘In 1962 ontstond een verband van enkele evangelische Kerken in Vlaanderen, de Vrije Evangelische Gemeenten, dat vandaag zevenendertig gemeenschappen overkoepelt. Maar in de jaren nadien zie je een explosie van kerkstichtingen. Op dit ogenblik zijn er alleen al in Gent zeventig erkende en niet-erkende Evangelische kerken en pinksterkerken. Ze variëren natuurlijk in grootte en stijl. Er zijn kleine Afrikaanse groepen, gevestigd in een eenvoudig huis in de rij, waarvan de leden verbonden zijn door afkomst of nationaliteit. Maar er zijn ook grotere Nederlandstalige gemeenschappen die qua etniciteit in meerdere of mindere mate divers zijn.
De ‘ARPEE’, de Administratieve Raad van de Protestants-Evangelische Eredienst, is de instantie die ons intussen officieel vertegenwoordigt bij de Belgische overheid. Onder de ARPEE vallen enerzijds de VKPB of Verenigde Protestantse Kerk van België (zie de ontmoeting met de protestantse gemeenschap) en anderzijds de Federale Synode, de evangelicale vleugel waartoe wij behoren. De facto zijn het twee aparte vleugels, elk met een eigen voorzitter.’
Wat moeten we ons eigenlijk voorstellen bij ‘evangelisch’ of ‘evangelicaal’?
Wij benadrukken de persoonlijke geloofsbeleving. Het ‘piëtisme’ [Lat. pietas: vroomheid], een geestelijke stroming die teruggaat tot de 17de en de 18e eeuw, heeft ons sterk beïnvloed en legt de nadruk op een persoonlijke relatie met God en op bekering. De idee is dat God geen kleinkinderen heeft, enkel kinderen.
Je kan het geloof niet van iemand erven, evenmin kan iemand anders antwoorden op Gods roepstem in jouw plaats.
Kind van God word je wanneer je daar zelf bewust voor kiest. Dit vertaalt zich dan ook naar een belangrijk moment in het leven van de gelovige: de ‘doop op belijdenis’ (doorgaans een volwassendoop). Natuurlijk is geloof ingebed in een gemeenschap, maar ook de kerk vervangt het persoonlijke geloofsantwoord niet. De Evangelische beweging wordt in die zin vaak tegenover het cultuurchristendom of sociologische christendom geplaatst.
Tegelijk is de evangelische beweging een huis met vele kamers. Zo vind je evangelische christenen ook in andere kerken, bijv. bij de gereformeerden, de anglicanen,… De liturgie reveleert veel over onze verscheidenheid. In de Pinkstergemeenschappen zie je een heel charismatische expressie van het geloof, maar evengoed zijn er kerken waar soberheid en het klassieke orgel de toon zetten.
Een deel van onze wortels liggen ook bij het ‘fundamentalisme’, een beweging die in Amerika in de eerste helft van de 20ste eeuw pleitte voor een terugkeer naar de ‘fundamenten’ van het geloof en voor een ernstig nemen van de historiciteit van de Bijbel. Ze vormde een tegenreactie op de vrijzinnigheid binnen de theologie en kerkbeleving. In die liberale strekking fungeerde de Bijbelkritiek als een soort scherm om Gods Woord als het ware te neutraliseren.
Maar zo’n tegenreactie kan toch ook weer doorslaan?
Wat effectief ook gebeurde. Fundamentalisten plooiden zich terug op zichzelf. Daar kwam interne kritiek op van invloedrijke predikanten alsBilly Graham die het fundamentalisme beschouwden als anti-intellectueel, anti-sociaal en anti-oecumenisch. Graham pleitte er daarom voor de dialoog met andere gelovigen en niet-gelovigen open te houden, zonder daarmee afbreuk te doen aan het gezag van de Bijbel.
Het ultieme gezag van de Schrift voluit erkennen, dat is iets wat alle evangelicalen verbindt.
Daarmee heb je de belangrijkste kentrekken van het evangelicalisme: de Bijbel centraal, een spiritualiteit van bekering en het belang van de verlossing: Jezus is gestorven voor mijn zonden.
En het ‘evangeliseren’ zelf allicht ook?
Inderdaad, ook een sterk missionair elan is tekenend voor evangelische christenen. Maar dat ‘missionaire’ betekent niet alleen spreken over het geloof, het gaat ook om dienstbaarheid.Denk aan het motto van het Leger des Heils, ook een kerkgenootschap met sterke evangelische wortels: ‘Soup, soap, and salvation’. Met concrete hulp mensen mensen hun waardigheid laten terugvinden én hen uitnodigen tot het geloof in Jezus.
Dat er tal van nieuwe Evangelische gemeenschappen ontstaan, wijst ook op de lacunes in de gevestigde kerken. Zo is er in de rooms-katholieke Kerk, ook na de rehabilitatie van de Bijbel met Vaticanum II, nog steeds een grote aarzeling om werkelijk de Bijbel te lezen en hem op het leven te betrekken.
Intussen is de situatie grondig aan het veranderen. De invloed van het christendom in onze geseculariseerde samenleving brokkelt verder af. Ook rooms-katholieken worden een minderheid. Sociologisch schuiven we dus naar elkaar op, al blijft het theologische water diep.’
Met het bisdom Gent zullen we twee jaar lang inzetten op het sacrament van de doop. Ook daarmee schuiven we op naar elkaar, niet?
Onze wortels liggen bij de wederdopers of anabaptisten (vanaf de 16de eeuw). De doop is voor ons werkelijk een nieuw begin, zo belangrijk dat hij vrije keuze, bekering en geloof veronderstelt. Het gaat telkens om (jong-)volwassenen en af en toe om jonge tieners.
De krachtige symboliek van de doop, zoals die bestond in de vroege Kerk, komt hier in onze gemeenschap volledig tot uitdrukking: wie gedoopt wordt, staat in een waterbassin en gaat helemaal kopje onder. Dat zegt genoeg, niet? Sterven met Christus, levend worden met Christus. Je wordt zo deel van een nieuw gezin. Een doopdienst is een belangrijk hoogtepunt in ons kerkleven. De hele gemeenschap is er bij betrokken. In 2019 hadden we bijvoorbeeld zeven dopelingen.
Hoe verloopt een gewone zondagse bijeenkomst in De Rots?
De kerk heeft een negentigtal leden waarvan er normaal gezien zestig tot zeventig aanwezig zijn op een zondag. Mensen van alle leeftijden zijn het met diverse etnische achtergronden. Zo zijn er steevast drie Oekraïense gezinnen en vijf gezinnen die gevlucht zijn uit Iran. Er zijn natuurlijk ook Vlamingen, en met regelmaat ook een belangstellende bezoeker.
De prediking staat doorgaans heel centraal in onze erediensten. Een preek van ongeveer dertig minuten is niet ongewoon. Ook hierin spreekt God tot zijn volk, zoals bij de Bijbellezing. De prediking is iets wat me fascineert, ik heb er dan ook mijn onderzoek aan gewijd [zie lectuuropgave onderaan].
Verder is er veel zang en muziek. Daar ontwikkelt zich de hoger genoemde piëteit: de persoonlijke toe-eigening van wat in de Bijbel en de preek geklonken heeft. In de liederen richten we onze gedachten en emoties op God. De dienst is doorweven met heel wat liederen. Vaak zijn het opwekkingsliederen [genoemd naar de uitgever van deze muziek, de Stichting Opwekking], uit bundels die tegenwoordig ook in andere christelijke kerken gebruikt worden en die vaak een aanbiddend of lofprijzend karakter hebben.
Muziek is sowieso erg belangrijk voor ons. Je ziet het meteen als je een evangelische kerk binnenstapt: vooraan staan micro’s, geluidsversterkers, allerlei instrumenten, soms door professionele muzikanten bespeeld. Via de muziek aansluiting vinden bij de cultuur, terwijl we toch het Evangelie verkondigen, dat gebeurt al zo in het bekende liedboek van Johannes de Heer [1866-1961, de man stond aan de wieg van de NCRV]: ook hier zijn de teksten geschreven op bijzonder volkse melodieën.
Wat onze kerkleden ook bijzonder weten te waarderen, zijn de hartelijkheid en de familiale sfeer. Het gebouw hier toont de inzet van de zondagse bijeenkomsten: niet alleen eredienst, maar de onderlinge ontmoeting met koffie en gebak. De eerste zondag van de maand vieren we de Maaltijd van de Heer. Tijdens die dienst is er ook ruimte voor getuigenissen van kerkleden.’
Voor welke uitdaging staan christengemeenschappen vandaag?
‘Ik ben al 25 jaar leraar protestants-evangelische godsdienst op een atheneum. Het kost me niet veel moeite om dat met enthousiasme te doen. Het valt me daarbij op dat, hoewel de religieuze geletterdheid verwatert, mijn leerlingen wel naar antwoorden blijven zoeken. Hoe de cultuur ook evolueert, mensen blijven spirituele wezens.
De uitdaging is nu: hoe zijn we een open kerk voor deze zoekers? Hoe zetten we voor hen de deur open? De aspiratie van onze kerk is ‘Dichtbij Jezus, dichtbij mensen, dichtbij jou’. Hoe breng je de boodschap van Gods nabijheid over aan mensen van deze tijd en dan nog met het grootst mogelijke respect voor hun vrijheid?’
Dieter Van Belle
Meer weten?
www.ikgeloofingent.be - negentien evangelische kerken in Gent stellen zich voor.
www.derots.be en https://www.facebook.com/derots.be/ waar Filip De Cavel oudste is.
F. De Cavel, De predikant als eerste luisteraar, LitVerlag, 2020.
Jack Barentsen (red.), Zoektocht naar hoop voor de stad, Halewijn, 2019.
A. McGrath, De toekomst van het christendom, Kok-Kampen, 2010.