Homilie van bisschop Lode op het feest van de heilige Nicolaas
In het inleidingswoord op de eucharistieviering die rechtstreeks gevolgd kon worden op Kerknet en via de regionale zenders TV Oost en AVS, verwees de bisschop naar het feest van de heilige Nicolaas:
"Hij is een van de meest populaire heiligen in Oost en West. Nikolaas was in de vierde eeuw kloosterling en bisschop van Myra (in de zuidelijke kuststreek van het huidige Turkije). Hij was gekend voor zijn goedheid. Hij kocht slaven vrij en bevrijdde vrouwen uit de prostitutie. Hij is ook de patroon van de schippers. Dit is het vermelden waard in onze havenstad, nu matrozen en zeelui soms maandenlang vastgehouden worden tijdens deze coronaperiode. Sint-Nikolaas is natuurlijk ook de patroon van de kinderen. Hij is de grote kindervriend, wat sinds de Middeleeuwen aanleiding gaf tot veel legenden.
Ik nodig jullie uit om vandaag samen met mij speciaal voor de kinderen te bidden. Vooral voor de kinderen die het moeilijk hebben, door armoede, ziekte, misbruik, onbegrip, misprijzen. Kinderen die het slachtoffer zijn van pesterijen, op school of elders. Wij bidden voor hen.
Vervolgens vroeg hij aan Chadrak, een jongen uit Burkina Faso, om de tweede kaars van de adventskrans te ontsteken als teken van ons verlangen naar het licht.
Lezingen 2de zondag van de advent B
Jes 40, 1-5.9-11 'Baan een weg voor de Heer'
2 Petr 3, 8-14 'De Heer talmt niet met zijn belofte'
Mc 1, 1-8 'Maakt de paden van de Heer recht'
Homilie
"Begin van de Blijde Boodschap van Jezus Christus, de Zoon van God.”
Beste zusters en broeders, dit is de plechtige opening van het hele Marcusevangelie. Groots. Een ouverture, waarin het hoofdthema wordt ingeluid in één zin, helemaal in crescendo. Begin. Een nieuw en veelbelovend begin. Het begin van een nieuwe schepping. Een nieuwe mens. Wie is hij? Hij is op zich al die goede, vreugdevolle, blijdeBoodschap. Wie is hij? Jezus. De lang verwachte Redder (Christus, Messias). De Zoon van God. Eigenlijk is alles gezegd. En we zullen een evangelie lang, de lengte van een boek, een leven lang, ontdekken, ervaren wat dat betekent. Wat de betekenis is op zich. Maar vooral: wat het betekent voor ons.
Het klinkt als een belofte. Voor de gelovige: een gehouden belofte. Voor allen een belofte die ook op de proef wordt gesteld. Vooral vandaag. Waar is de Redder? De Messias? De Zoon van God? Aan ons om het antwoord te horen. Maar horen is ook een gave. En wat horen we? “Hij zal u dopen met de heilige Geest”.
Sommigen beschouwen het getuigenis van de Bijbel als een mythe, een lang Sinterklaasverhaal voor kinderen. Ze reageren vaak niet eens. Of misschien geërgerd. Het is niet steeds hun schuld. Hoe zou het anders kunnen als het geloof van sommige christenen de kinderschoenen niet ontgroeid is? Of anders nog als in onze maatschappij de wereldvisie verengd wordt tot zelf opgelegde grenzen, in de naam van de wetenschap of om welke reden ook. Iedereen heeft zijn Sinterklaasverhaal. Men is “kind van zijn tijd”.
Of zijn we misschien net … te weinig kind, en dus verkeerdelijk volwassen? Niet kind meer genoeg om wat dan ook te verwachten? Ja, die Blijde Boodschap: je moet het maar geloven. Je moet inderdaad alleen… geloven! Ook vandaag nog. Precies als je geloof op de proef gesteld wordt. Door ziekte, lijden, ontgoocheling.
Als wereldwijd de horizon gesloten lijkt, klinken de woorden van Jesaja: “Troost, troost toch mijn Stad – zegt uw God. Spreek moed in.”
Ook dat was een radicaal nieuw begin voor een volk dat nog in ballingschap leefde. Woorden van tweeduizend vijfhonderd jaar geleden, gericht tot gedeporteerden, arm en ontheemd. Maar zij hebben het geloofd. En dankzij dat geloof was het inderdaad een nieuw begin. En dankzij hun geloof werd dat volk – dat beproefde volk aan de rand van de wanhoop – een vreugdebode. Voor ons. Een heraut die roept: “Uw God is op komst. Als een herder zal Hij zijn schapen weiden. Hen met zachte hand geleiden.” Is dat een droom die doet inslapen? Neen. Het is een oproep tot gerechtigheid! In naam van onszelf – ons authentiek mens-zijn. In naam van onze medemensen – niemand is een eiland, niemand bestaat voor zichzelf. Vandaag voeg ik eraan toe: in naam van onze kinderen – van hen die na ons komen.
We zijn hen hoopverschuldigd. Zij kijken naar ons. We kunnen hun ogen niet ontwijken.
Kinderogen hebben iets speciaals. Ze kijken blij en onbevangen. Of tragisch, droef. Sommige kinderen staren je hard en meedogenloos aan, als ze misvormd zijn of misbruikt. Wie komt voor hen op? Wie geeft hen toekomst?
Allen zijn welkom. Alle kinderen. Zonder uitzondering. Als we dat doen, dan zijn we voor hen een belofte van gerechtigheid. Heel realistisch. Geen commerciële Sinterklaas. Veel meer dan Sinterklaas. Dan zijn we als Jezus, zonen en dochters van God. Redder. Vreugdegezant. We moeten echt niet wachten tot we daar helemaal klaar voor zijn. Maar ook niet tot het ons in de schoot wordt geworpen. Dat zou pas kinderachtig zijn. Infantiel.
We hoorden in de antwoordpsalm na de eerste lezing: “Genade en waarheid ontmoeten elkaar; de vrede omhelst de gerechtigheid. Waarheid ontspruit uit de aarde, gerechtigheid ziet uit de hemel neer.”
We krijgen het. Maar we moeten ook doen. Trouw en erbarmen, vrede en recht.
Dat alles is onze zaak, broeders en zusters, vrienden die naar ons luistert of meebidt. We kunnen het niet op anderen afschuiven. We hebben het recht niet, al was het maar voor onze kinderen, voor hen die op ons volgen, die na ons komen. Maar als we het doen, daar waar we kunnen, hoe klein en bescheiden ook, of moedig en gedurfd, misschien zelfs groot (uitzonderlijk), “dan schenkt de Heer ons zijn zegen / en draagt ons land rijke vrucht. Dan zal voor Hem uit gerechtigheid gaan / en voorspoed zijn schreden volgen”. Dit is geen kinderdroom en ook geen Sinterklaasverhaal.
Beste vrienden, al wat hier gezegd is zit al vervat in deze eucharistieviering. Voor wie gelooft en zijn hart openhoudt als een kind, wordt het gegeven om het te doen.
Brief aan de Sint
Na de communie las Chadrak (10 jaar) een brief voor aan de Sint. Je vindt hem hier
De bisschop besloot:
"Sinterklaas is blijkbaar niet alleen maar een verhaal. Hij laat de kinderen hun stoutste dromen uitspreken. Prachtig als kinderen opkomen voor andere kinderen, vooral als die het moeilijk hebben, omdat de papa of de mama er niet is, of omdat hun ouders het niet breed hebben. Ik vind het zo mooi dat Chadrak, die uit Burkina Faso komt, eigenlijk niets voor hemzelf vraagt, maar wel tussenkomt voor de andere kinderen. Nochtans weet hij ook wat problemen zijn. Ik hoop dat de volwassenen nu op hun beurt een afspraak met de Sint zullen vragen om hem een handje toe te steken en om veel kinderen – maar ook grote mensen – bij te staan. Ik zei al dat we het evangelie niet alleen moeten ontvangen, maar ook doen."
- Download hier de tekst van de homilie in pdf-formaat
- In deze adventstijd vraagt de actie Welzijnszorg jouw steun. Je kan je financiële bijdrage geven via www.welzijnszorg.be/steun
- Wil je reageren op deze viering of op de homilie, stuur dan een mailtje naar sec.bisschop@bisdomgent.be
Op dit schilderij van Nicolas De Liemaecker boven het hoofdaltaar in de Sint-Niklaaskerk in Gent (1630-1632) wordt de aanstelling van Nicolaas als bisschop van Myra voorgesteld. Het is de bisschop in vol ornaat die volgens het verhaal in een visioen de opdracht kreeg om naar het voorportaal van de kerk te gaan en daar de eerste man aan te spreken die luisterde naar de naam Nicolaas. Dat is de man rechts onderaan, sjofel gekleed, die duidelijk schrikt wanneer de bisschop hem bij zijn arm grijpt.
Zie ook de website van Monumentale Kerken Gent