Op tocht in het NT #4 - Paulus' omzwervingen
Paulus stond christenen naar het leven, maar God zelf gaf zijn weg een andere bestemming. De grote verspreiding die het christendom kende na Jezus’ dood, is in grote mate te danken aan Paulus.
Van vervolger tot verkondiger
Paulus – aanvankelijk Saulus genoemd – was een jongere tijdgenoot van Jezus, maar hij heeft Jezus nooit gekend tijdens zijn leven. Paulus was immers afkomstig uit Tarsus (Zuid-Turkije). Als Griekssprekende jood en Romeins staatsburger voelde hij zich thuis in de Grieks-Romeinse wereld. Als overtuigd Farizeeër werkt hij aanvankelijk mee aan de strijd tegen aanhangers van Jezus die volgens sommige joden ketterij verkondigen. Zo is Saulus bijvoorbeeld aanwezig bij de steniging van Stefanus.
Het verhaal gaat echter dat Saulus op weg naar Damascus – hij kreeg de opdracht mee de christenen daar gevangen te nemen – een heftige religieuze ervaring doormaakt en zich bekeert tot Jezus Christus.
Hij bleef enkele dagen bij de leerlingen in Damascus en ging onmiddellijk in de synagogen verkondigen dat Jezus de Zoon van God is. (Hnd 9,20)
Uiteindelijk werd het Paulus’ doel om de christelijke gemeenschap open te stellen voor de niet-joodse volkeren, heidenen genoemd. Paulus zou zelf drie missiereizen ondernemen om nieuwe christelijke gemeenten te stichten en nadien contact met hen te houden:
- naar Cyprus en zuidelijk Klein-Azië tussen 45 en 48;
- naar Klein-Azië en Griekenland tussen 48 en 51;
- (opnieuw) naar Klein-Azië en Griekenland tussen 52 en 55.
Tegenstand onderweg
Paulus’ joodse volksgenoten waren niet zo opgezet met zijn christelijke verkondiging. Zo moet hij op een bepaald moment vluchten uit Damascus.
Saulus’ leerlingen brachten hem ’s nachts naar de stadsmuur en lieten hem daar in een mand naar beneden zakken. (Hnd 9,25)
Maar ook bij christenen werd Paulus’ boodschap aanvankelijk niet goed onthaald. Ze vonden het immers moeilijk om vertrouwen te stellen in iemand die hen mee had vervolgd. Joden-christenen hadden bovendien moeite met Paulus’ bekeringsijver bij de heidenen. Wanneer men op het apostolisch concilie in Jeruzalem (48) besluit dat de besnijdenis niet verplicht is voor niet-joodse leden van de christelijke gemeenschap, groeien jodendom en christendom steeds verder uit elkaar.
Wanneer de christelijke gemeenschap te Antiochië Paulus uiteindelijk toch aanvaardt en hij missiereizen mag ondernemen, lijdt hij mee onder de vervolgingen van joden en christenen door de Romeinen. Driemaal in zijn leven verbleef Paulus voor langere tijd in de gevangenis: te Efeze (54-56), te Caesarea (59-61) en te Rome (61-63). Zelfs vanuit deze gevangenschap hield hij niet op om medechristenen te bemoedigen. Daarvan getuigt bijvoorbeeld de brief aan de Filippenzen, die men als een gevangenschapsbrief beschouwt.
Broeders en zusters, ik beeld me niet in dat ik het al heb bereikt, maar één ding is zeker: ik vergeet wat achter me ligt en richt mij op wat voor me ligt. (Fil 3,13)
Lukt het jou om je op heden en toekomst te richten in plaats van op het verleden? Welk toekomstvisioen schenkt jou kracht en moed?
Verneem meer over de reizen van Paulus en de Galatenbrief in interviews met prof. dr. Reimund Bieringer op Dominicanen.TV.