Vastenbrief mgr. Patrick Hoogmartens: Biddend en dienstbaar leven
Dierbare broeders en zusters,
Goede vrienden,
Als gelovige mensen leven wij vanzelfsprekend mee met wat er in de wereld gebeurt. Zoals zovele anderen zijn wij bekommerd om de wereldvrede. De gebeurtenissen in Oekraïne na de wrede inval vanuit Rusland, de vluchtelingenstromen uit Oost-Congo, waar het recente pausbezoek aandacht voor vroeg, enzovoorts. Het gaat ons allemaal zeer ter harte. Ook de wereldwijde zorgen om de levensduurte, om het klimaat, om de toekomst van de jonge generaties, belasten ons. Zulke zorgen horen blijkbaar bij het mens-zijn van alle tijden, al komen ze nu toch meer op de voorgrond dan in de gouden jaren 1960 of 1970.
Voor wie met een gelovig hart naar onze wereld kijkt, komt er vandaag de dag nog iets bij. Onze gelovige kijk op wat er in de samenleving gebeurt, wordt – althans in het Westen – door velen niet langer gedeeld. In zijn boekje Geloof en godsdienst in een seculiere samenleving schrijft kardinaal De Kesel dat het levensgevoelen in de westerse samenleving sterk seculier is geworden. We leven niet meer in een religieuze en christelijke samenleving. Deze situatie biedt ook nieuwe mogelijkheden.
De Kerk zal zich in ieder geval moeten bezinnen over haar zending en zich moeten herpositioneren. Dat is trouwens ook helemaal bezig, met name doorheen het wereldwijde synodale proces, waaraan ook ons bisdom actief deelneemt.
Binnen deze context van de zorgen om de wereld en om een Kerk die tracht dienstbaar te zijn in een nieuwe cultuur, gaan wij vanaf Aswoensdag de vasten in, die tijd van veertig dagen die ons in de diepte wil voorbereiden om Pasen met vreugde te kunnen vieren.
Hoe kunnen we deze veertigdagentijd met vrucht beleven?
1. Een centraal gebed van de veertigdagentijd (prefatie I A) spreekt vooreerst van een grotere aandacht voor de liefde tot de naaste. Onze zorg voor onze naasten en voor de wereld hoort inderdaad tot het hart van ons christen-zijn en zo ook van de veertigdagentijd. Het zou goed zijn in de weken vóór Pasen, met de nodige bescheidenheid en eerbied, een mens of familie in armoede of met zorgen op te zoeken. Men kan immers op vele wijzen de nabijheid zoeken van een zieke, een vluchtelingengezin, een mens die rouwt. En men krijgt er vaak nog zoveel van terug.
Wie niet in de mogelijkheid is zélf een mens in armoede nabij te zijn, kan ook met een gift aan een armoedeorganisatie of aan een of ander project van wereldnoden bijdragen tot een meer rechtvaardige wereld. Zo is meer dan zestig jaar geleden trouwens Broederlijk Delen ontstaan, precies om de veertigdagentijd te verbinden met onze zorg om wereldnoden. Door hier wat soberder te leven, kunnen we mensen ginds en hier nieuwe kansen geven.
2. Hetzelfde gebed dat de priester bidt in de veertigdagentijd spreekt ook van zich meer toeleggen op het bidden en van grotere trouw aan de sacramenten ‘waarin wij worden herboren’. Meer biddend leven, is een opgave waarin we allen kunnen groeien. Het kan, ook thuis, met de hulp van gepaste lectuur, ondersteund door een radioprogramma of al biddend met een psalm of vanuit de zondagslezingen.
De lezingen van de veertigdagentijd, zeker in het A-jaar, vormen in elk geval zowat de basis van het onderricht dat doorheen de eeuwen aan catechumenen – dat zijn volwassenen die christen willen worden – wordt gegeven. Deze lezingen zijn ook voor ons telkens weer een weg om te groeien in geloof en in betrokkenheid op de wereld. Opdat u er de grote lijn van zou zien in de komende vastentijd, haal ik ze hier even aan:
Weer u tegen de bekoringen van de wereld. Zo deed Jezus ook toen Hij bekoord werd in de woestijn, zo leert ons de eerste zondag van de veertigdagentijd.
Leer de ‘heerlijkheid’ te zien die Jezus ons bracht, zoals de drie leerlingen ze ontwaarden op de Taborberg, zo vraagt ons de tweede zondag van de veertigdagentijd.
Reik mensen jouw geloof aan, zoals Jezus het Levend Water schonk aan de Samaritaanse vrouw. Het kan in een alledaagse ontmoeting, zo vertelt ons de derde zondag.
Help mensen weer naar hun leven en hun geschiedenis te kijken met de ogen van het geloof, zoals Jezus deed met de blind geborene. De vierde zondag van de veertigdagentijd inspireert ons tot juiste en liefdevolle stappen.
Ten slotte, wees gerust ontroerd wanneer iemand sterft, zoals ook Jezus ontroerd was bij het sterven van Lazarus; we horen het op de vijfde zondag van de veertigdagentijd. We kunnen dan ook bescheiden en vredevol spreken over opstanding vanuit de dood. Jezus ging ons immers voor op de weg van lijden naar verrijzenis. We zullen het vieren met Pasen.
De veertigdagentijd is een tijd van grotere intensiteit in ons geloof en van sterker meeleven met de zorgen van de wereld. Helemaal alleen is dit alles moeilijk te beleven. Daartoe hebben we onze geloofsgemeenschappen nodig. Zoek hen op, waar je woont, via lectuur of op de digitale wegen die geloof willen voeden. Laten we in de volgende weken opnieuw die intensieve weg gaan in geloof en leven!
Van harte wens ik u allen een gezegende veertigdagentijd toe!