Overslaan en naar de inhoud gaan
Ga naarOtheo
Bisdom Gent
  • Startpagina
  • Contacten
  • Over ons
Search form expand icon
Mobile menu expand iconMenu
Bisdom Gent
Mobile menu expand iconSluiten
  • Startpagina
  • Contacten
  • Over ons
  • Contact
  • Misbruik melden
  • Informatie over het bisdom Gent
    • Over het bisdom Gent
    • Over de bisschoppen van Gent
    • Beleidsploeg
    • Beleidsdocumenten
    • Algemene ondersteunende diensten
    • Dekenaten en parochies
    • Bedevaartsplaatsen bisdom Gent
    • Fonds Kerkopbouw
  • Bisschop Lode
  • Beleidsdocumenten
  • Communicatie
    • Elektronische Nieuwsbrief
    • Bisdomblad Kerkplein
    • Jaarboek
    • Vacatures
  • Pastorale diensten en vicariaten
    • Aanspreekpunt homoseksualiteit en geloof
    • Bedevaarten Bisdom Gent
    • Betlehemproject
    • CCV in het bisdom Gent
    • Catechese
    • Ecokerk in bisdom Gent
    • Financieel en administratieve ondersteuning van parochies
    • Gezinspastoraal
    • Kamino jongerenpastoraal
    • Misbruik melden
    • Onderwijs
    • Oecumene
    • Parochiepastoraal
    • Permanent diaconaat
    • Religieuzen
    • Sint-Baafshuis
    • Hoger Diocesaan Godsdienstinstituut
  • Privacyverklaring

Naar een meer synodale Kerk

In Kerkplein van september (jg 29, nr 3) zal je een dossier vinden over synodaliteit naar aanleiding van de oproep van de paus. Een voorpublicatie.

Paus Franciscus lanceerde op vrijdag 21 mei, aan de vooravond van het feest van Pinksteren, een wereldwijd synodaal proces over de toekomst van de Rooms-Katholieke Kerk. Een al eerder geplande bisschoppensynode over het thema ‘synodaliteit’ is vanwege de nieuwe plannen verschoven van oktober 2022 naar de herfst van 2023. Met drie bevoorrechte getuigen verkennen we het thema ‘synodaliteit’. Peter Vande Vyvere modereert. Door omstandigheden kon de derde gesprekspartner Hilde Van Linden er niet fysiek bij zijn. Geen nood! Minstens dat hebben we geleerd van de coronatijd: we kunnen ‘zoomen’! (Foto's: Maîtrise)

Bisschop Lode noemt in zijn visietekst een meer synodale Kerk één van de pijlers van zijn beleid. Wat betekent dat? Welke synodale ervaringen heeft de bisschop vanuit het monastieke leven en als voormalig abt en hoe kunnen ze ons inspireren? Geert De Cubber, vandaag bisschoppelijk gedelegeerde, maar voorheen religiejournalist bij Tertio, volgt al langer Franciscus’ denken over synodaliteit en het ‘effect’ daarvan in de wereldkerk. Hilde Van Linden is stafmedewerker van het ‘Platform voor Ignatiaanse Spiritualiteit’. Ze is goed vertrouwd met processen van ‘gemeenschappelijke onderscheiding’ (GeOS).

Wat bezielt paus Franciscus met de lancering van een twee jaar durend synodaal proces in de hele wereldkerk, als aanloop naar de bisschoppensynode van 2023?

Bisschop: Dit is een direct gevolg van de reden waarom hij verkozen is. Hij kreeg van de kardinalen de nadrukkelijke opdracht een hervorming door te voeren in de Kerk in de geest van het Tweede Vaticaans Concilie dat pleit voor het Volk Gods ‘onderweg’ en dus voor een synodale Kerk. De paus doet gewoon zijn werk. Het is een noodzakelijke stap om het Concilie waar te maken. Daarnaast speelt wellicht zijn eigen verleden mee. Hij leefde en werkte als kerkleider onder de dictatuur in Argentinië. In een dictatuur is van ‘samen spreken’ geen sprake!

Geert: Dit voorstel komt zeker niet uit de lucht vallen. Zo heeft paus Franciscus met ruime en wereldwijde bevragingen de gezins- en jongerensynodes voorbereid. Er is ook de ‘Synodale Weg’ die zich in Duitsland ontrolt. Van bij het begin heeft de paus dat proces intens gevolgd. Dat is een weg met vallen en opstaan, met horten en stoten. Begonnen in 2019, opgehouden door corona en andere hindernissen. Maar telkens wanneer het proces dreigt te stokken, geeft paus Franciscus een signaal. Onlangs ontving hij Georg Bätzing, de voorzitter van de Duitse bisschoppenconferentie, om hem aan te moedigen. In Duitsland gaat het wel degelijk om een ‘synodale weg’ en geen ‘synode’. Het is een proces naar een doel. Voor ons nu is het doel de bisschoppensynode in 2023 voorbereiden. 

Hilde: Paus Franciscus is een jezuïet. Hij kent dus de methode van de ‘gemeenschappelijke onderscheiding’ (GeOS). De sociëteit van Jezus is ontstaan en gegroeid vanuit ‘gemeenschappelijke onderscheiding’, al heette het nog niet zo. Die eerste vriendengroep wilde met Ignatius samenblijven en tegelijkertijd werden ze uitgezonden. Hoe moest dat dan? Dat leidde tot een proces van onderscheiding. Ongetwijfeld heeft men na het Tweede Vaticaans Concilie in religieuze ordes en congregaties het thema onderscheiding herontdekt. Voor alle duidelijkheid: onderscheiding is natuurlijk niet exclusief ignatiaans, het behoort tot de schat van de Kerk.

Bisschop: Nog dit over paus Franciscus. Zijn beleid is dikwijls decentralistisch. Dat wil zeggen: problemen moeten ook aangepakt moeten worden binnen een bepaalde cultuur en niet altijd allereerst vanuit de universele Kerk. Al is het natuurlijk nooit het ene zonder het andere. Dat merk je aan de drietrapsraket die hij nu lanceert: diocesaan, continentaal en universeel. Ook dat is een synodale weg die vertrekt vanuit en rekening houdt met de lokale situatie zonder het geheel uit het oog te verliezen.

Hilde: Wat de kracht uitmaakt van het synodale proces is dat het meer is dan een methode om een doel te bereiken.

Het gaat om een wijziging van houding in iedere persoon. Het is samen anders leren luisteren en spreken.

Mensen en groepen doen dan de ervaring op dat het op een andere manier kan. Bekering, transformatie, zijn ervaringen die men opdoet.

Geert: Vandaar dat waar men zo’n weg gaat, het steeds de grote vragen zijn die naar boven komen. In Duitsland is de aanleiding voor de ‘Synodale Weg’ een rapport over misbruik geweest. Daarna kwamen de onderliggende vragen naar boven. Hoe gaan we om met macht? Wie is de priester? Waarom blijven vrouwen uitgesloten van het ambt? Hoe het kerkelijk denken en spreken rond seksualiteit verstaan? Confronterend voor wie alles wil behouden, maar evenzeer voor wie alles wil veranderen. Het proces verplicht namelijk naar elkaar te luisteren.

Welke ervaringen heeft de bisschop vanuit de monastieke wereld met synodale processen?     

Bisschop: De regel van Benedictus is hier natuurlijk bepalend. Het synodale aspect komt al vroeg aan bod in die regel, namelijk in het derde hoofdstuk over ‘het raadplegen van de broeders’. Dat hoofdstuk begint zo: “Telkens als er iets belangrijks in het klooster te doen is, roept de abt de hele gemeenschap bijeen en vertelt persoonlijk waarover het gaat. Dan luistert hij naar het advies van de broeders, denkt hierover na en doet wat hij het best acht. Waarom zeggen wij dat iedereen bij die beraadslaging wordt geroepen? Omdat de Heer de verstandigste raad vaak ingeeft aan de jongste.” Maar dat derde hoofdstuk moet je natuurlijk lezen binnen het geheel van de regel en van het monastieke leven. Dat is de context waarin het kan functioneren. Dat is een leven waarin de liturgie centraal staat: het gebedsleven (lex orandi) zoals de Kerk het geeft en niet zoals ik het uitvind. In de eerste plaats is dat een geloofservaring. Daarnaast krijgt de monnik nog andere lezingen aangeboden. Volgens Benedictus moeten dat teksten zijn van door de Kerk aanvaarde leraars. Dat betekent dus: de goede doctrine die ons op weg zet naar geloofsinzicht (lex credendi). En ten derde is er wat de abt zelf leert aan zijn gemeenschap. Hij actualiseert de doctrine voor de gemeenschap van vandaag. En daarover wordt niet gediscussieerd. Dat is ‘een gegeven’. Daarnaast schiet er nog heel veel over waarover gesproken kan en moet worden.

Bij die beraadslagingen is iedereen betrokken en de abt moet heel speciaal luisteren naar de jongste. In de context van de Oudheid was dat absoluut niet evident. Die jongste leeft en groeit natuurlijk ook in de context die ik daarnet schetste (liturgie en kerkelijk gebedsleven – lezing – actualisering door de abt). Hij staat misschien nog maar aan het begin, maar hij staat er niet buiten. Het is vervolgens aan de abt, nadat hij alles beluisterd heeft, om een beslissing te nemen.

Deze weg inspireert niet alleen het monastieke leven, maar elke kerkgemeenschap. Het gaat dus niet om de vraag: wat zal de meerderheid geven? Bovendien is verondersteld dat de betrokken mensen een kerkelijk gebedsleven hebben, dat ze zich in harmonie weten met wat de Kerk vanuit het Evangelie wil zijn en hoe we dat voor vandaag interpreteren. Iemand die zich daar allemaal niets van aantrekt, is eigenlijk niet bekwaam om die synodale weg te gaan.

Niemand vraagt dat je die weg al helemaal afgelegd hebt (denk aan ‘de jongste’) en het gaat er ook niet om mensen te beoordelen op deze punten. Maar we moeten daar wel over nadenken.

In de ignatiaanse traditie heet dat een ‘proces van onderscheiding’. Hilde, jij hebt ervaring met processen waarbij groepen en gemeenschappen gezamenlijk proberen te onderscheiden ‘wat de Geest tot hen zegt’. Hoe werkt zoiets?

Hilde: Gemeenschappelijke onderscheiding of GeOS is een methode die geïnspireerd is op de geestelijke oefeningen van Ignatius. Het start met de vraag van een groep of gemeenschap. Soms is die vraag heel concreet (“Moeten wij als school ons internaat behouden of niet?”) maar het kan ook de vraag zijn van bijvoorbeeld een dekenaat om een proces te gaan van verdieping. Vaak komt de vraag van een leidinggevende, maar wij gaan altijd eerst met de hele groep in gesprek. Iedereen moet er minstens voor open staan, anders gaat het niet. Trajecten zijn zeer verschillend, afhankelijk van de vraag en de groep (een religieuze gemeenschap of een gezinsgroep). Elke sessie bestaat uit drie stappen. Iedereen krijgt een gebedsblad mee met open vragen en neemt individuele tijd. In de tweede stap wisselt men uit in kleine groepjes. Wij noemen dat ‘geestelijk gesprek’ en dat is iets anders dan overleggen of vergaderen. De derde stap speelt zich af in de grote groep. Het ‘geestelijk gesprek’ gaat daar verder. Wat is nu belangrijk, is dan de centrale vraag. Hoeveel sessies nodig zijn, is niet altijd zomaar te plannen. En natuurlijk staat de uitkomst niet op voorhand vast. Het vraagt ‘uit handen geven’.

Het is noodzakelijk dat mensen iets van een gebedsleven hebben of minstens durven stil te vallen. Dat is niet evident vandaag. Het is altijd belangrijk dat we toelichten wat ‘onderscheiden’ precies is. En al evenmin is het evident dat men bereid is om de uitkomst open te laten. Omdat GeOS de dynamiek van de geestelijke oefeningen volgt, werken we meestal met een Schrifttekst. In een traject in een Duitse parochie formuleerde iemand heel pertinent de fundamentele vraag van hun onderscheidingstraject: “Hoe is Christus zichtbaar? Hoe kan een buitenstaander zien dat Christus in het centrum staat?”

Bisschop: We hebben in de abdij van Orval gewerkt met de Franstalige poot van GeOS: ‘Esdac’ (Exercices Spirituels pour un Discernement Apostolique en Commun). We deden dat op een ogenblik dat het heel moeilijk ging in de abdij. En dat proces heeft er ons toen door geholpen en we hebben er verder mee gewerkt toen er een nieuwe abt moest gekozen worden.  

In het synodale proces duikt ook de term ‘sensus fidei’ op – de ‘geloofszin’ van de gelovigen. Bisschop Lode heeft al de context aangegeven vanuit de regel van Benedictus. Ook de Internationale Theologische Commissie somde in een document in 2014 op wat de ‘sensus fidei’ veronderstelt: “deelname aan het kerkelijke leven en de wil de Kerk op te bouwen, luisteren naar het woord van God, aanhankelijkheid aan het leergezag, heiligheid en nederigheid, vrijheid en vreugde.” Is dat niet veeleisend?

Geert: De bisschop gaf al aan dat we daar over moeten nadenken. De vraag is inderdaad: waar leggen we de grens? Dit sluit niet uit dat we in het synodale proces het gesprek aangaan met andersgelovigen, niet-gelovigen, zoekende mensen. Integendeel zelfs. De zogenaamde ‘buitenstaander’ kan ons precies laten zien of Christus wel centraal staat in ons kerkwerk en kerkelijk leven.

Bisschop: “Luister naar de jongste in de gemeenschap”, zegt de regel van Benedictus, “omdat de Heer de verstandigste raad vaak ingeeft aan de jongste.” Wel, dat is precies iemand die nog zoekende is, die nog niet alles geïntegreerd heeft. We moeten niet wachten tot we allemaal de goede katholieken zijn om de synodale weg te starten. Door de synodale weg te gaan kunnen we precies die opgesomde facetten ontdekken en worden we ertoe uitgenodigd: tot liturgie en gebed, vorming en interpretatie van de traditie, het ‘geestelijk gesprek’. Niet wachten dus. De ‘sensus fidei’ is voor mij iets dynamisch, iets dat groeit.

Geert: Dat klopt. Het proces heeft ook te maken met ‘voortschrijdend inzicht’. Zo zie ik het ook gebeuren in Duitsland. In het begin waren er veel kritische stemmen. Vandaag zie je dat die mensen nu mee aan de kar trekken. Er ontstaan nieuwe inzichten. En de ultieme toetssteen is altijd het Evangelie.

Hilde: Ik zei al dat het in GeOS belangrijk is dat mensen stil kunnen vallen. Dat is voor sommige mensen vandaag al een hoge drempel. We kunnen dat ook oefenen in onze bijeenkomsten. Bij het begin van een overleg een stil moment inlassen bijvoorbeeld en een korte uitwisseling over een Bijbeltekst. Of tijdens het overleg twee minuten stilte inlassen om te reflecteren: Wat heb ik gehoord? Een rondje nadien voorkomt dat men enkel spreekt over wat men zelf wil bereiken. Zo bouwen we een synodale cultuur op.

In de regel van Benedictus is het duidelijk wie de beslissing neemt of verwoordt: “De abt luistert naar het advies van de broeders, denkt hierover na en doet wat hij het beste acht.” Hoe gaat dat bijvoorbeeld in een onderscheidingstraject in een dekenaat of parochie?

Hilde: Dat is een heel belangrijke vraag in een intakegesprek: wie neemt uiteindelijk de beslissing en formuleert ze? Dat moet duidelijk zijn vanaf het begin, anders zullen mensen zich bedrogen voelen.

Bisschop: Ik denk niet dat ik in de 14 jaar dat ik abt ben geweest, één beslissing heb genomen die niet kon steunen op een consensus in de gemeenschap.

Dat betekende daarom niet unanimiteit, maar wel een reële consensus, gebaseerd op een voldoende lang onderscheidingsproces.

Er zal altijd een spanning blijven tussen proces en beslisser(s). Maar als men zich beluisterd weet en wanneer er voldoende tijd is genomen, gaat iedereen mee. Dat wordt dan zelfs een spirituele ervaring: we zijn naar elkaar toegegroeid en hier is de Geest aan het werk.

Hopelijk kan het synodale proces zo’n spirituele ervaring worden in onze diocesane gemeenschap en in de wereldkerk. Op 17 oktober wordt op vraag van paus Franciscus in elk bisdom in de wereld het startschot gegeven. Via onze nieuwskanalen houden we iedereen op de hoogte hoe het proces verder gestalte zal krijgen in ons bisdom, en dit op synodale wijze vanzelfsprekend!

Peter Malfliet

  • Abonneer je op de wekelijkse elektronische nieuwsbrief van het bisdom. Elke donderdag om 10u. Klik hier
  • Neem een abonnement op Kerkplein (4 nummers voor 12 euro of 6 euro voor de resterende nummers september en december 2021). Alle info vind je hier of stuur een mailtje naar kerkplein@bisdomgent.be
  • De inhoudstafel van het septembernummer van Kerkplein kan je hier lezen
Laatste aanpassing op 08/02/2022 om 09:39

Lees meer

Bisschop Lode Van Hecke

Bisschop Lode over één jaar synodaal proces: "Aan de slag ermee!"

Synodaliteit is de identiteit van de Kerk, het betekent een echte revolutie en vraagt een bekering van iedereen. Het maakt de Kerk dynamisch.

Start diocesane werkgroep synodaal proces - Gent, 17 oktober 2021

Homilie - 29ste zondag - start synodaal proces

Homilie op 17 oktober 2021 bij de start van het synodaal proces.

Start diocesane werkgroep synodaal proces - Gent, 17 oktober 2021

Inleiding bisschop Lode diocesane werkgroep synodaal proces

Lees hier de inleiding die bisschop Lode gaf op de eerste bijeenkomst van de diocesane werkgroep synodaal proces (17 oktober 2021).

Bisdom Gent
Algemeen
  • Contact opnemen
  • Digitale nieuwsbrief
Sociale kanalen
  • Facebook
  • Twitter
  • YouTube
© Bisdom Gent 2025
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Abonnementsvoorwaarden
  • Vacatures
Ga naar Otheo