Blind date met het evangelie | Pasen
De veertigdagentijd bereidde onze geest en ons hart voor op Pasen. Ook met Pasen heeft een medewerker van ons bisdom een ‘blind date’ met het evangelie.
Wat maakt de lezing van die tekst in hem of haar los? Wat is zijn of haar eerste, spontane reactie?
Joh 20, 1-9 (Bijbel in gewone taal)
Na de sabbat, op zondagochtend, ging Maria uit Magdala naar het graf. Het was heel vroeg in de ochtend, het was nog donker. Toen ze bij het graf kwam, zag ze dat de steen voor het graf weggehaald was.
Maria rende weg, naar Simon Petrus en de leerling van wie Jezus veel hield. Ze zei tegen hem: 'De Heer is weggehaald uit het graf! En ik weet niet waar hij naartoe gebracht is.' Meteen gingen Petrus en de andere leerling op weg naar het graf, ze renden erheen. De andere leerling liep sneller dan Petrus, en was eerst bij het graf. Hij keek naar binnen en zag de doeken liggen. Maar hij ging het graf niet in.
Kort daarna kwam ook Simon Petrus bij het graf. Hij ging wel naar binnen. Hij zag de doeken liggen, ook de doek die om het hoofd van Jezus gezeten had. Die lag niet bij de andere doeken, maar apart, netjes opgerold.
De andere leerling ging nu ook het graf in. Toen hij de doeken daar zo zag liggen, geloofde hij dat Jezus was opgestaan. In de heilige boeken stond al dat Jezus moest opstaan uit de dood. Maar dat hadden de leerlingen nog niet begrepen.