Blind date met het evangelie | Vierde vastenzondag
De veertigdagentijd bereidt onze geest en ons hart voor op Pasen. Elke vastenzondag heeft een medewerker van ons bisdom een ‘blind date’ met het evangelie.
Wat maakt de lezing van die tekst in hem of haar los? Wat is zijn of haar eerste, spontane reactie?
Joh 3, 14-21 (Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014.)
Mozes zette in de woestijn een koperen slang hoog op een paal. Net zo moet de Mensenzoon een hoge plaats krijgen, eerst aan het kruis en daarna in de hemel. En daardoor krijgt iedereen die in hem gelooft, het eeuwige leven. Want Gods liefde voor de mensen was zo groot, dat hij zijn enige Zoon gegeven heeft. Iedereen die in hem gelooft, zal niet sterven, maar voor altijd leven.
God heeft zijn Zoon naar de wereld gestuurd om de mensen te redden. Niet om hen te veroordelen. Want wie in de Zoon gelooft, zal niet veroordeeld worden. Maar de mensen die niet in hem willen geloven, die zijn al veroordeeld. Zij zullen gestraft worden, omdat ze niet willen geloven in de enige Zoon van God.
Zo zijn die mensen veroordeeld: de Zoon kwam naar de wereld als het ware licht voor alle mensen, maar de mensen kozen voor het donker. Dat zie je aan hun slechte daden.
Iemand die slecht leeft, heeft een hekel aan het licht. Hij vlucht weg van het licht, want hij wil zijn slechte daden verborgen houden. Maar iemand die goed leeft en trouw is, zoekt het licht juist op. Dan wordt duidelijk dat hij dicht bij God leeft.