‘Bach blijft aan me kleven’
Unieke uitvoering van de Mattheuspassie als liturgie in de Sint-Gilliskerk van Brugge
Begin januari startten onder leiding van dirigent en priester Ignace Thevelein de repetities voor de uitvoering op zaterdag 24 maart van de Mattheuspassie van Johann Sebastian Bach als liturgie in de Sint-Gilliskerk in Brugge. Met de aria Erbarme dich, mein Gott en de koorzang Wir setzen uns mit Tränen nieder zat de Mattheuspassie twee keer gebeiteld in de jongste Klara Top Honderd. Bach (1685-1750) is ook niet weg te denken uit het leven van Ignace Thevelein. Hij volgde naast zijn seminarieopleiding les aan het conservatorium van Gent en behaalde er eerste prijzen in notenleer, harmonie, muziekgeschiedenis en koordirectie. „Ik ben in het bisdom Brugge vrijgesteld om kerkmuziek in al zijn vormen te stimuleren en heb het geluk van mijn hobby mijn beroep te kunnen maken”, zegt Thevelein. „Dertig jaar ben ik nu bezig. Altijd was ik gepassioneerd door muziek van Bach, ook van anderen, maar Bach blijft aan me kleven. Dat doet iets met je.”
Voor het optreden baseert Thevelein zich op een versie die Bach op 30 maart 1736 uitvoerde in de Thomaskerk in Leipzig. De pastoor vertelt het graag „uit het hart”: „Traditioneel wordt in de Goede Week het lijdensverhaal van Christus voorgelezen. De Kerk zocht altijd naar manieren om dat verhaal zo sterk mogelijk te laten overkomen. Op een bepaald moment gebeurde dat in toneelvorm. Dat werd de basis voor het muzikale passieverhaal. Bach bracht dat tot een ongelooflijk hoogtepunt in zijn twee grote Passionen, de Johannes- en de Mattheuspassie.”
Het karakteristieke aan de Mattheuspassie volgens Ignace Thevelein is dat de luisteraar wordt opgeroepen mee te leven met het onrecht en de tragiek van het hele gebeuren. „[node:field_streamers:0] Met de middelen van die tijd gebeurde dat piëtistisch, met mee-leven en mee-lijden. Het evangelieverhaal wordt gereciteerd, begeleid met een orgeltje en een cello, terwijl de strijkers Christus’ woorden een stralende omkransing geven. Dat maakt het verschil tussen de evangelist en Christus. Solisten geven dan telkens bespiegelingen op het gebeuren. Bijvoorbeeld als Petrus Jezus verraden heeft, komt er een recitatief, een meditatie met een aria over onder meer schuld en boete.”
Thevelein wijst er voorts op dat Bach in zijn Matthäus-Passion veertien koralen verwerkte. „Koralen zijn kerkliederen met strofen die de luisteraar betrekken bij het gebeuren.” De Duitse componist hield van een spielerei: tel de letters van zijn naam aan de hand van het alfabet – b is twee, a is één enzovoorts – en je komt uit bij het getal veertien.
De versie in de Sint-Gilliskerk wordt als liturgie in een kerkdienst uitgevoerd, inclusief een homilie. „Indertijd kon die homilie drie kwartier tot een uur duren”, lacht Ignace Thevelein. „De Mattheuspassie duurt tweeënhalfuur, maar toen zat het publiek drie tot vier uur in een onverwarmde kerk. Bisschop Lode Aerts zal in zijn homilie een kleine duiding geven over het belang van de Mattheuspassie voor ons vandaag. Hij beperkt zich wel tot tien minuten.”
De uitvoering in Brugge start om 19 uur en duurt zowat drie uur: tweeënhalf uur muziek van de passie, een pauze plus de homilie van de bisschop. Er werken 46 koorzangers mee, hoofdzakelijk van Collegium de Dunis, 21 instrumentalisten en zes vocale solisten. De organisatie is in handen van De Stiltehoeve Metanoia van Bond Zonder Naam in Damme.
Info en tickets op https:// stiltehoeveconcerten.weebly.com.