Biechtgeheim / beroepsgeheim: wat je in deze discussie moet weten
Niet elk vertrouwelijk gesprek met een priester is een biechtgesprek, benadrukken de bisschoppen. Een biechtgesprek — en het biechtgeheim — vereisen het formele kader van het sacrament dat de biecht is. Alleen wat de priester tijdens de biecht verneemt, valt dus onder het biechtgeheim.
Dat geldt ook omgekeerd, zegt de Antwerpse bisschop Bonny: ‘Niemand kan van een priester biechtgeheim vragen voor wat geen biecht is.’
Het biechtgeheim is absoluut en onschendbaar, zonder uitzonderingen. Het geldt dus ook tegenover de burgerlijke overheid of het gerecht.
Mag en kan een priester die tijdens een biechtgesprek een noodsituatie verneemt dan niet ingrijpen? Toch wel. Een priester kan een dader er met aandrang toe aanzetten om zich te melden bij het gerecht. Hij kan de absolutie uitstellen tot aan deze voorwaarden is voldaan.
Alles wat geen biechtgeheim is, valt wel onder het beroepsgeheim. Dit is dus van toepassing op het overgrote deel van de (vertrouwelijke) gesprekken die een priester voert. Ook bijvoorbeeld dokters en advocaten zijn door dat beroepsgeheim gebonden.
Wie gebonden is het door een beroepsgeheim heeft geen meldplicht, maar wel meldrecht. Daarop kan men zich beroepen in noodsituaties waarin iemands geestelijke of lichamelijke integriteit gevaar loopt en hij zich niet kan (laten) beschermen.
Wanneer een priester gebruikmaakt van zijn meldrecht, moet hij dit meedelen aan de betrokkene(n) en hen motiveren om zelf de nodige stappen te zetten.
De bisschoppen raden priesters aan om in dergelijke gevallen raad te vragen aan een collega of begeleider, naar analogie met het ‘gedeelde beroepsgeheim’ bij dokters of advocaten. Bisschop Bonny: ‘Heb je als priester, diaken of pastorale medewerker te maken met dilemma's, vraag dan eerst zélf raad. Maar dan laat je best ook weten aan de persoon die je raad is komen vragen, dat je zelf hulp vraagt aan een collega.’
Tot slot benadrukken de bisschoppen het belang van ‘vrijplaatsen’ in onze samenleving, waar mensen terechtkunnen met levensvragen en problemen. ‘Een veilige bespreekbaarheid kan voor velen een begin van bevrijding en herstel inluiden. Het is in ieders belang dat pastores van deze vertrouwelijkheid kunnen gebruikmaken en dat ze, indien aangewezen, onder de passende voorwaarden om raad kunnen vragen.’