Brandweerman die bijbel redde heeft 'zijn hemel verdiend'
21 september, 15.10 uur. Ik was les aan het geven toen we ineens een luide knal hoorden. Alles laten liggen, iedereen naar buiten! Toen ik op de speelplaats roetdeeltjes zag vliegen, wist ik: we moeten hier weg. We hadden al een paar keer een brandoefening gedaan. De leerlingen wisten dus perfect wat ze moesten doen. Iedereen haastte zich naar het grasplein. Daar zagen we dat de sparren naast onze school in brand stonden.
Niets ernstig, dacht ik. De brandweer begon te blussen en we keken rustig naar het schouwspel.
Na enkele minuten ontwikkelde zich een verschrikkelijke rookwolk. De achterbuurvrouw liep paniekerig onze richting uit: De school staat in brand! Het vuur was overgeslagen naar de houten balken van ons dak. Die knal moet een gesprongen vensterraam geweest zijn. Ik ging meteen naar mijn collega Sabine. Ik heb een sterke band met haar.
'Sabine, mijn bijbel ligt nog binnen.'
Ze weet hoeveel dat boek voor me betekent. Vraag dat toch gewoon aan die brandweerman! Ik stapte op een van de mannen af en zei dat mijn bijbel nog op mijn lessenaar lag. Hij glimlachte en ik probeerde hem zo helder mogelijk uit te leggen waar hij mijn boek kon vinden.
Cliché hé, de bijbel van een leerkracht godsdienst ... Ik heb nu eenmaal een intense band met dat boek. Ik heb fibromyalgie. Als ik felle pijn heb, blader ik erin en dan gaat het beter.
Toen ik zwaar ziek was, kleurde en schreef ik vaak in mijn bijbel.
Die zinnetjes spreken me aan. Overal sleep ik dat ding met me mee. In de auto, op vakantie, zelfs op restaurant.
De brandweerman liep naar me toe met een stapel boeken en papieren onder zijn arm. Ik zag mijn bijbel meteen. Helemaal intact, met enkel een paar zwarte vingerafdrukken. Blij als een kind, was ik. Ik kon de man niet genoeg bedanken. Hij heeft de situatie perfect ingeschat en wist wat belangrijk was. Heb ik nu mijn hemel verdiend?, vroeg hij. Zeker en vast.
Karolien Bussels (43) uit Erpe-Mere is godsdienstleerkracht in de Franciscusschool in Velzeke. Dit verhaal werd opgetekend door Ines Watté.