Christelijk erfgoed in de taal ~ Veertig dagen in je kot!
Het idee om tussen Aswoensdag en Pasen een vastenperiode in te lassen, was oorspronkelijk een antwoord van de kerk op ronduit aanstootgevende zonden van publieke figuren. De boetelingen mochten zich 40 dagen niet wassen, scheren of in gesprek treden met anderen. Ze moesten binnen blijven tot de dag van hun verlossing op Witte Donderdag. Een periode van 40 dagen, in het Latijn quarantena.
Dat verbod op wassen lijkt niet zozeer van toepassing op de betekenis die quarantaine later kreeg. We horen radiomaker en zoetgevooisde coronastem Joris Hessels nog altijd het protocol voorhouden:
Dit zijn de basisregels: was je handen regelmatig… 1 ploeg van 11 miljoen, allemaal samen!
Maar goed. In het Venetië van de 15de eeuw gingen ze noodgedwongen nog een stap verder. Dé handelsvoorpost van Europa was niet alleen een draaischijf van goederen uit Azië en het Midden-Oosten, maar ook van vreselijke epidemieën zoals de Zwarte Dood. Om de besmettingsgraad in te dijken, werden zieken afgevoerd naar een ander eiland. Toen dat nog niet voldoende bleek, werden schepen met vermoedelijke patiënten aan boord verplicht om aan te meren aan een tweede eiland. Het eerste eiland werd Lazzaretto Vecchio genoemd, het tweede Lazzaretto Nuovo.
Lazaret, nog zo'n woord uit de christelijke traditie! Dat komt natuurlijk van Lazarus, broer van Maria en Martha van Bethanië, die door Jezus werd opgewekt uit de dood. Een lazaret is een pesthuis of ziekenboeg.
Terug naar Venetië. Hoe lang moesten de mogelijk met pest besmette zieken geïsoleerd worden? De christelijke vastenperiode leek het juiste antwoord. Na 40 dagen mocht de bemanning ofwel naar de stad doorreizen, ofwel naar Lazzaretto Vecchio. Vandaar was meestal geen vertrek meer mogelijk… Beide eilanden zijn vandaag groene oases, die door weinig toeristen worden aangedaan maar niettemin tot de verbeelding spreken.