‘We handelden niet onwettig’
Klooster Opgrimbie: ‘Geen regularisatie van illegaliteit, wel legale regeling’
Ondanks de weigering van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir om het monasterium Onze-Lieve-Vrouw van het Fiat in het Limburgse Opgrimbie te regulariseren, hoopt het bisdom Hasselt toch nog op een wettelijke regeling voor het klooster.
Het klooster voor de monialen van Bethlehem kwam er midden jaren 1990 op vraag van koning Boudewijn, maar werd gebouwd in een natuurgebied. De procedures tegen de bouw ervan sleepten tientallen jaren aan. Pas begin vorige maand maakte Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir bekend dat ze de regularisatie van het klooster weigert. ‘Het klooster ligt in een natuurgebied en wat de gewone man in natuurgebied niet mag, mag ook de Kerk niet’, aldus de minister, die aan een uitdoof- scenario denkt.
Die uitspraak deed de wenkbrauwen fronsen bij het bisdom Hasselt, dat optreedt als bouwheer. ‘Noch het bisdom, noch de zusters monialen handelden in het bouwdossier onwettig’, zegt Jan Lenaers, secretaris van de werkgroep die zich buigt over het dossier. ‘Het lijkt alsof we een regularisatie vragen van iets illegaals, terwijl we enkel een volstrekt legale regeling ten gronde willen.’
Raad van State
In 1999 werd de bouwvergunning voor de eerste keer vernietigd door de Raad van State, maar een jaar later kreeg het bisdom een aangepaste vergunning. Ook die werd in 2009 vernietigd, na klachten van natuurverenigingen en twee buurtbewoners. ‘Wanneer de Raad van State een vergunning vernietigt, betekent het eigenlijk dat ze initieel wel was verleend’, zegt Lenaers. ‘Het is op basis van die verstrekte bouwvergunning dat we het klooster bouwden. We kunnen toch niet verantwoordelijk worden gehouden voor eventuele fouten die gemaakt zijn bij het verlenen ervan?’ Niet een regularisatie dus, maar een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP), waarin plaats is voor het monasterium, moest volgens de Vlaamse overheid een oplossing bieden. Tenminste, voor zover het behoud ervan in overeenstemming zou zijn met de natuurdoelstellingen. ‘Voor dat RUP werd een ontwerp uitgewerkt en dat omvatte zowel een milieueffectenrapport (MER) als een compensatie voor de ontbossing’, zegt Jan Lenaers.
Geen afbreuk
Lenaers: ‘Mits goedkeuring, en in het belang van natuur en biodiversiteit, kon dan een nieuwe vergunning worden aangevraagd. We hadden daartoe al meerdere contacten met de natuurverenigingen die destijds het verzoek tot vernietiging indienden en kwamen tot een akkoord. Het kabinet van de minister werd daarvan op de hoogte gehouden. We betreuren dan ook haar reactie. Het RUP zal geen afbreuk doen aan de natuur en de natuurdoelstellingen. Het MER bevestigt dat uitdrukkelijk. Met het RUP en het bereikte akkoord zijn, volgens ons, de voorwaarden vervuld voor een gunstige oplossing, voor alle betrokkenen.’ Het standpunt van het bisdom werd intussen over-gemaakt aan minister Demir.