Mustafa Kör: Vader zijn, geeft me vleugels
In de reeks Vaders vertellen bekende en minder bekende mannen eerlijk en teder wat vader zijn voor hen betekent.
Het moet zo rond mijn 30ste geweest zijn, dat ik het laatste restje kinderlijke verwondering verloor. Na de zelfdoding van mijn broer was ik door een zware periode gegaan, maar die had als positieve keerzijde dat de schrijver in mij geboren kon worden. Sindsdien bekijk ik de wereld op een andere manier. Je volgt televisiedebatten en kunst altijd met een schrijversoog: op zoek naar de constructie.
Vanuit mijn rolstoel zie ik de wereld op dezelfde hoogte als Destan, en toch moet hij me de ogen openen voor al het moois dat er van zo laag te bewonderen valt. Hé, papa, een kraan! Nooit geweten dat er zo veel kranen in onze buurt staan. Hij kan er minutenlang over doorpraten. En dan is het plotseling: O, een bij!
Destan leert me opnieuw de magie van doodgewone dingen zien. Hoe dom lijkt dan al dat intellectuele gedoe.
Mijn zoontje is nauwelijks 2,5 jaar, maar niemand heeft me ooit zo mooi en deskundig een veeg uit de pan gegeven. Dit is belangrijk: die kraan, die brandweerwagen met de meneer die geen boterhammen mag eten omdat hij niet aan het stuur zat daarnet.
Vader zijn, geeft me vleugels. Het gaat niet om de mannelijkheid of trots die je ervaart, maar om de wereld die zo'n kind in alle eenvoud voor je opent.