Omweg naar een rijkere God
Bijbelstudie breekt je godsbeeld open, ook als het botst. Dat de Bijbel een openbaring is, komt dan ook niet doordat het een perfecte tekst is.
Passages naast elkaar leggen en vertalingen vergelijken, zinnen analyseren en herlezen alsof je in een andere tijd leeft. Bijbelwetenschappers doen het voor de kost, maar ook talloze andere gelovigen bestuderen de Bijbel, in hun eentje of in groep. Is het studeren een uitdrukkelijke zoektocht naar God? Brengt het terloops ons godsbeeld in beweging?
„Al studerend verzamel ik inspirerende slagzinnen waarop ik gedachten ent, die ik in de bredere literaire context en in de context van mijn eigen leven lees”, zegt Bijbelwetenschapper Laura Tack (29). „Vroeger greep ik veeleer naar het Nieuwe Testament”, zegt Paul Vereecke (58), leerkracht klassieke talen en begeleider van de katholieke dialoogscholen in het vicariaat Vlaams-Brabant. „In de loop van het Oude Testament zuivert het godsbeeld echter uit, net zoals dat bij ons gebeurt.”
– Bijbelstudie is iets anders dan bezinnen met de Bijbel. Bepalen beide het godsbeeld?
Laura Tack • De objectieve studie van tekst en context en de subjectieve beleving ervan vullen elkaar noodzakelijk aan. Afstand nemen doorprikt verkeerde lezingen. In Lucas 9, 23 vraagt Jezus volgelingen bijvoorbeeld „hun kruis op te nemen”. Uit onderzoek leer je hoe die passage onterecht een beeld in de hand werkte van een God die opofferingen vraagt die niet eens zinvol zijn. Tegelijk is het belangrijk om al lezend een persoonlijke relatie met de tekst aan te gaan.
Paul Vereecke • Het samengaan van geloof en rede is net wat me in het christendom aanspreekt. Bestudeer ik de evangelies, dan word ik blij en dankbaar en versterkt dat mijn geloof. Bid ik, dan speelt de kennis die ik opdeed op de achtergrond mee en versterkt ze de manier waarop de tekst naar me toekomt. Eigenlijk zouden leerlingen in de les godsdienst dus ook theoretisch moeten leren hoe je dergelijke teksten leest.
Laura Tack • Ik doctoreerde met een onderzoek naar Johannes 14, 6: „Ik ben de weg, de waarheid en het leven.” Dat vers intrigeerde me al toen ik klein was. Het wordt soms als acclamatie gezongen en ik vond het pretentieus. Als wetenschapper bestudeerde ik een ander Christusbeeld achter dat vers. Via die omweg werd het opnieuw zinvol in mijn eigen leven.
– Is de zoektocht naar God het doel van Bijbelstudie?
Paul Vereecke • Mijn dochter kwam ooit thuis met een T-shirt met het opschrift Basic Instructions Before Leaving Earth, basisrichtlijnen vóór je de aarde verlaat, waarvan BIBLE de afkorting is. Zegt dat niet alles? De Bijbel is te rijk om eraan voorbij te gaan. Hij staat voor honderden jaren aan dialoog. In het zesde jaar van de humaniora hadden we een godsdienstleraar die niet veel gezag had. De meesten luisterden niet, ik met een half oor. Op een dag hoorde ik hem iets zeggen over de kruisdood van Christus. „Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Pasen zijn één gebeuren, maar het is zo rijk dat het wel over verschillende dagen verdeeld moest worden.” Als je op die manier teksten kunt lezen, haal je een ongelooflijke betekenis naar boven.
Laura Tack • Net zo goed kom je soms zijdelings op het spoor van God, via de Bijbel. Een vriend zegt iets of je leest een citaat in een boek en je vindt vanzelf iets.
– Hoe beïnvloedde de Bijbelstudie uw persoonlijke godsbeeld?
Laura Tack • Als adolescent werd ik sterk aangesproken door ethische passages in de Bijbel, zoals de Bergrede. Dat gaf het gevoel dat geloven eenrichtingsverkeer is, een lijst van regels, en God een strenge, veeleisende ouder. Had ik toen de evangelies vergeleken, dan had ik beseft dat mijn beeld te veel op Mattheus was gebaseerd. De ontdekking dat Lucas niet benadrukt om volmaakt te zijn, maar wel barmhartig zoals God, brak mijn godsbeeld open.
Paul Vereecke • De rode draad die ik in het Oude en het Nieuwe Testament ontwaar, is dat we van God geen beeld mogen maken. Tegelijk kunnen we niet anders dan over Hem spreken. Schroomvol proberen we Hem namen te geven. Die zijn waardevol, maar niet toereikend om het te vatten. Nick Cave zingt in het prachtige Into My Arms dat hij niet gelooft in een God die tussenkomt. Dat is ook de uitzuivering die ik waarneem in de loop van het Oude Testament. God is geen krachtpatser die de geschiedenis verandert of ingrijpt op natuurwetten. Ik geloof in een God die dingen verandert op een zachte manier.
– Wat als je botst met een Bijbelvers?
Laura Tack • Gewelddadige of vrouwonvriendelijke verzen zijn confronterend, maar we moeten ze blijven lezen. Sommige mensen willen standbeelden van Leopold II weg, wegens de gruwel van de koloniale tijd, maar dat is gevaarlijker dan de monumenten laten staan. Zo schep je een perfect beeld van je cultuur. Dat geldt ook voor het geloof. De Bijbel is openbarend, maar niet per se omdat het een perfecte tekst is.
Paul Vereecke • Mensen moeten de moeilijke, gewelddadige passages blijven lezen, om te zien dat het uitzuiveringsproces van hun godsbeeld zich ook in de geschiedenis voordoet en dat mensen dat telkens opnieuw doormaakten. Tegelijk denk ik soms, bijvoorbeeld wanneer de Psalmen het hebben over het verpletteren van de vijand, dat je agressie beter in mooie zinnen giet dan in daden. Het doet me denken aan het pleidooi van Mohamed El Bachiri, die door de aanslagen op 22 maart 2016 zijn vrouw verloor, voor ‘een jihad van liefde’.
Laura Tack • Het is goed om te worstelen met moeilijke passages. Het draagt bij aan de eigen spirituele groei. De Bijbel toont mensen op hun sterkst en op hun kwetsbaarst en elke tekst bemiddelt een godsbeeld dat door de auteur ervan is ontwikkeld. Het ontdekken van die diversiteit, en de botsing met verrassende teksten, ook het poëtische Hooglied, kan een star godsbeeld bijstellen.
– Wat is de waarde van Bijbelstudie in groep?
Laura Tack • Ik ben dankbaar dat ik vrienden heb die God en de Bijbel ter sprake brengen. Enkel met de tekst en je eigen gedachten geraak je er niet.
Paul Vereecke • In dialoog gaan met anderen verbindt en bemoedigt. Het heeft een corrigerend effect, want het wijst je erop hoe fout je beelden soms zijn. En het inspireert. Hier, in Mechelen, bestuderen we maandelijks met een achttal mensen de evangelielezingen. Na een goede sessie heb ik zin om mijn vreugde op straat uit te schreeuwen.
Een God die mensen nodig heeft
• Freddy Steens, Bijbelgroep Parochies in beweging Buizingen: „De jongste paar jaar, sinds ik verder kijk dan de anekdotes van de evangelisten, spreek ik minder over ‘God’ en meer over ‘de God van Jezus’. Die kan ik beschrijven en daar gaat mijn hart naar uit. Ook evolueerde ik naar de idee van een God die mensen nodig heeft. Zonder de ‘ja’ van Maria was er geen Jezus, zonder mensen is God machteloos.”
• Eddy Van Waelderen, federale Bijbelgroep Merksem: „Bijbelstudie leert me het paradoxale van de Bijbelse God beter de begrijpen. Enerzijds is God transcendent, volstrekt anders. Anderzijds gaat Hij op weg met Abraham en Sarah en vergezelt Hij de Israëlieten door de woestijn. Hij trekt met ons op, maar is nergens voor de kar te spannen. Daarnaast ontdekte ik dat het belangrijk is om het verschil te maken tussen de levende God en de vele godsbeelden in de Bijbel, die stuk voor stuk vingerafdrukken van mensen dragen. We kunnen geen beeld van Hem maken, maar kunnen het niet laten dat toch te doen. Een sleutelpassage voor mijn godsbeeld is het roepingsverhaal van Ezechiël. „Mensenkind, sta op, dan zal ik met je spreken”, zegt God daar. Net zoals daar, vraagt God voortdurend partners om mee te werken aan zijn verbond, met veel respect voor hun vrijheid. Hij zet ons op eigen benen, vraagt ons mee geschiedenis te schrijven en wij gaan daar al dan niet op in. In de eerste Johannesbrief lees ik dan weer dat wie niet liefheeft, God niet kent. Je kunt theoloog zijn, maar God niet kennen bij gebrek aan liefde. Of je kunt liefhebben en God kennen, ook al heb je geen duidelijk godsbeeld.”