Tussen de doden - Kolet Janssen [column]
In deze weken is het op de begraafplaatsen en kerkhoven drukker dan gewoonlijk. Er wordt geveegd en gepoetst en op de meeste graven komen kleurige bloemen. De rest van het jaar kom je op begraafplaatsen slechts sporadisch andere mensen tegen, enkelingen op bezoek bij een of ander graf.
Maar in de stad waar ik woon is dat anders.
Daar worden de begraafplaatsen elk jaar meer een deel van het buurtleven.
Je mag er rustig en veilig doorheen fietsen om een kortere weg te nemen. Je kunt er wandelen tussen de bomen en de oude, theatrale grafstenen uit vorige eeuwen. Er zijn banken om op te zitten en stoelen die je kunt meenemen naar de plek of het graf waar je wilt verpozen.
Er is een zachte en mooie plek voor de kindergrafjes en een sterretjestuin voor piepkleine baby’tjes die gestorven zijn op weg naar hun geboorte. Er is een troostmuur met foto’s van verdwenen graven en van iedereen die er iemand wil herdenken. Af en toe komen mensen er samen om muziek te spelen, verdriet of troost uit te spreken of om samen kaarsjes te branden.
Het is een plek van verbinding, van troost bij verdriet, van niet alleen zijn met wat je overkomen is.
Niet toevallig kreeg de stad dit jaar de prijs van de Warmste Begraafplaats van Vlaanderen. Met dank aan alle mensen die daar al jarenlang over nadenken en aan werken. Want een warme stad maak je niet alleen in de woonwijken, maar ook op de begraafplaats.
Door er regelmatig doorheen te fietsen, merk ik dat de dood ook echt een deel van mijn leven wordt.
Mijn eigen geliefde doden liggen kilometers verderop, maar toch ken ik ook hier een paar namen. En ook zonder de namen te kennen, ervaar ik de rust van deze plek, met haar verzameling van mensen die de overstap al hebben gemaakt en er toch nog een beetje bijhoren.
In de tijd van Allerheiligen en Allerzielen vinden we troost bij elkaar, en verbondenheid rond dezelfde voorouders of gemiste geliefden, allemaal samen in de warme armen van onze God.
We mijmeren ook al eens over onze eigen dood en hoe het zal zijn als anderen bij ons graf of ons vakje in de urnenmuur zullen samenkomen. Want er is een tijd voor alles.