Waarom Lichtmis ook een beetje schuurt [column]
Lichtmis is het feest waarop de gedoopte kinderen van het afgelopen jaar in onze kerk (en in vele andere) feestelijk worden onthaald. We dragen het nieuwe leven met een diep gevoel van dankbaarheid en geluk de kerk binnen. Ik vind het elk jaar een ontroerend moment en dit jaar zal dat nog extra zo zijn, want mijn dochter en schoonzoon zijn erbij met onze kleindochter op de arm.
Een kind is altijd goed nieuws.
Het is een concreet bewijs van Gods geloof in mensen, van onze hoop ondanks alles, van ons engagement naar de toekomst toe. De gretigheid waarmee kinderen hun eigen mogelijkheden en de wereld ontdekken spreekt voor zich. Je moet al een hart van steen hebben om kinderen te fnuiken in hun drang om te groeien. Haast iedereen laat zich inpalmen door de nieuwsgierigheid van kinderen. Wie zou hen vertellen dat het leven geen zin heeft, dat onze aarde een tranendal is? We laten ons liever meevoeren op hun enthousiasme. Want de toekomst is aan hen.
Mijn kleindochter heeft nog geen weet van wat voor problemen haar allemaal boven het hoofd hangen.
Ze schatert bij het woordje ‘Poetin’, ze proeft het glyfosaat in het drinkwater niet, ze denkt dat er elke dag genoeg leuks te beleven zal vallen en dat haar ouders alle problemen voor haar zullen oplossen. Als ze valt, is ze na een minuutje getroost in de warme armen van iemand om haar heen.
Daarom schuurt Lichtmis een beetje. Onze wereld is geen paradijs en we zijn bang voor de dag dat de kinderen daar achter komen. We zouden de wereld willen veranderen voor al die graaiende handjes en gretige oogjes in de kerk. We zouden de problemen willen wegwerken en zorgen dat het Rijk van God alvast een heel stuk sneller werkelijkheid wordt. Maar we weten maar al te goed dat dat niet in onze macht ligt.
Alhoewel. Het is al begonnen, ook al zien we het niet altijd.
Mosterdzaadjes worden grote bomen. Als we durven geloven en daarnaar leven, is alles mogelijk.
In elk geval kunnen we een mantel van liefde weven om elk kind in te hullen, zodat de opdoffers van het leven minder hard aankomen. En tenslotte staat God aan onze kant. Een betere supporter is niet te vinden.