Woordkracht - Een duif uit de hemel
Het moet ongeveer een jaar geleden zijn. Net als in de afgelopen week was het heel stormachtig. Op een doordeweekse vooravond zat er een duifje op de vensterbank van ons slaapkamerraam. Zonder enige beschutting zat het daar in weer en wind.
Mara-Lea ging elke volgende avond nieuwsgierig en bezorgd kijken of ze al terug was, want in de dag vloog ze gewoon uit.
Het duifje begon een beetje bij ons te horen en ze kreeg de naam Roosje.
Uiteindelijk hadden we er zoveel medelijden mee dat mijn papa een vogelhuis bouwde. De avond nadat het huisje aan de gevel werd bevestigd, kwam Roosje echter niet meer terug en we zagen haar sindsdien nooit meer…
Toch blijft ze ons tot op vandaag bij. Want het was bijzonder dat ze er was. Daar op die onverwachte plek en dat onverwachte moment. Kwam ze met een boodschap? Was haar rusten op onze vensterbank een teken van Gods nabijheid?
Ik heb de Geest als een duif uit de hemel zien neerdalen en Hij bleef op Hem rusten. Johannes 1,32 – Tweede zondag door het jaar
In elk geval was ze niet van plan om zich te laten vangen. En misschien loopt het zo ook met de heilige Geest. Als mens hebben we niet te bepalen waar Hij waait, bij wie of waar Hij zich te rusten legt. God laat zich niet grijpen om van dan af voor altijd te worden vastgehouden. Hij is er alleen in het moment. En het is aan ons om de ogen te openen voor zijn rustplaats.
Die rustplaats vindt Hij vaak op onverwachte plekken. Bij mensen van vlees en bloed zoals Jezus. Misschien zelfs op een vensterbank in de weer en de wind.