We zijn allemaal christoforen, dragers van Christus!
Geliefde broers en zussen, goedendag!
Dag na dag naderen we tot de kern van het Heilig Jaar van de Barmhartigheid. Met zijn genade begeleidt de Heer ons als we door de Heilige Deur gaan en Hij ons tegemoet komt om, ondanks onze tekortkomingen en tegenspraken, altijd bij ons te blijven. Laten we niet ophouden de nood te voelen van zijn vergeving, want als we zwak zijn maakt Hij ons sterk en maakt het ons mogelijk met grotere vreugde ons geloof te beleven.
Missionarissen van het Evangelie
Ik wil vandaag wijzen op de nauwe band tussen barmhartigheid en zending. De Heilige Joannes Paulus II wijst erop: “De Kerk leeft een authentiek leven als zij de barmhartigheid belijdt en bekend maakt en als zij de mensen naar de bronnen van de barmhartigheid leidt” (Encycliek Dives in misericordia, 13). Als christenen hebben we de verantwoordelijkheid missionarissen van het Evangelie te zijn. Als we goed nieuws ontvangen of als we een vreugdevolle gebeurtenis beleven, is het normaal dat we de behoefte voelen om dat met anderen te delen.
We voelen in ons dat we de vreugde die ons geschonken wordt niet voor onszelf kunnen houden: we willen ze delen.
De vreugde is zodanig dat ze ons dwingt haar mee te delen.
Dat zou ook het geval moeten zijn als we de Heer ontmoeten: de vreugde van die ontmoeting, van zijn barmhartigheid, de barmhartigheid van de Heer meedelen. Meer nog, het teken dat we Jezus echt ontmoet hebben is de vreugde die we ervaren als we Hem aan anderen meedelen. En dat is geen zieltjeswinnerij, maar een geschenk geven: ik geef jou wat mij vreugde schenkt. In het Evangelie lezen we dat dit de ervaring geweest is van de eerste leerlingen: na de eerste ontmoeting met Jezus, gaat Andreas dat onmiddellijk aan zijn broer Petrus zeggen (cf. Joh 1,40-42), en hetzelfde deed ook Filippus met Natanaël (cf. Joh 1,45-46).
Jezus ontmoeten staat gelijk met het ontmoeten van zijn liefde. Die liefde verandert ons en stelt ons in staat aan anderen de kracht over te brengen die Hij ons geeft.
We zijn allemaal christoforen
In zekere zin mogen we zeggen dat vanaf de dag van ons doopsel aan ieder van ons een nieuwe naam gegeven is, toegevoegd aan die welke vader en moeder gaven, en die naam is christofoor: allen zijn we christoforen. Wat betekent dat? Dragers van Christus. Dat is de naam voor onze houding, een houding van dragers van de vreugde van Christus, van de barmhartigheid van Christus. Elke christen is een christofoor, een drager van Christus!
De barmhartigheid die we van de Vader ontvangen is ons niet geschonken als een privétroost, maar ze maakt ons instrumenten zodat anderen dezelfde gaven zouden kunnen ontvangen.
Er is een verbluffende wederkerigheid tussen barmhartigheid en zending. De barmhartigheid beleven maakt ons tot missionarissen van de barmhartigheid. En missionarissen zijn maakt ons bekwaam steeds meer te groeien in de barmhartigheid van God. Dus, laten we ons christenzijn ernstig nemen en laten we ons inspannen om als gelovigen te leven. Alleen zo kan het Evangelie het hart van mensen raken en ze open maken om de genade van de liefde te ontvangen, om de grote barmhartigheid te ontvangen van God die allen opneemt (…)
Bidden voor Elvira uit het huis van de paus
Soms vraagt iemand waar is het huis van de paus. Waar woont de paus? De paus woont hierachter, in de Casa Santa Marta. Dat is een groot huis, waar een veertigtal priesters en enkele bisschoppen wonen die met mij in de Curie werken en er zijn ook enkele voorbijkomende gasten(…). Verder is er een groep vrouwen en mannen die de huishouding verzorgen (…) Het is een groep mannen en vrouwen die deel uitmaken van onze familie: het zijn geen dienstboden op afstand (…) Ik zou willen zeggen dat de paus vandaag wat triestig is want gisteren is een vrouw overleden die ons al vele jaren hielp… ook haar man werkt hier (…) Na een lange ziekte is ze naar de Heer gegaan. Ze heet Elvira. Ik nodig jullie uit vandaag twee werken van barmhartigheid te doen: bidden voor de overledenen en de bedroefden troosten. Ik nodig jullie uit een Weesgegroet te bidden voor de zielenrust van mevrouw Elvira en opdat de Heer haar man en kinderen zou troosten.
Vertaling uit het Italiaans: Marcel De Pauw msc