Keren Aramese christenen terug naar Mosul?
22/10/2016 - 13:49
Dat Arameeërs en andere religieuze minderheden in Irak en Syrië verschrikkelijk lijden onder de niets en niemand ontziende terreur van Islamitische Staat (IS) is genoegzaam bekend. In Mosul bv werden huizen van christenen gemarkeerd met de Arabische letter N wat staat voor Nasrani of christen, zegt Johnny Shabo, vicevoorzitter van de Suryoye Aramese Federatie Nederland. De organisatie behartigt de belangen van alle Syrische christenen. Hun bezittingen werden daarna door IS geconfisqueerd. Salarissen van christenen werden ook niet meer uitbetaald. Daarna werd er een ultimatum ingesteld. Het leidde tot de massale vlucht van Arameeërs en andere christelijke groeperingen. Er werd binnen enkele weken een einde gemaakt aan 2000 jaar christelijke aanwezigheid in Mosul. Gemeenschappen die daar al duizenden jaren woonden, werden binnen enkele maanden van de kaart geveegd. Alle kerken in gebieden die gecontroleerd worden door IS zijn verwoest of omgebouwd tot moskeeën. Vrouwen werden door IS als buit meegenomen en later verkocht als seksslavinnen. IS publiceert zelf prijslijsten voor christelijke en Jezidi vrouwen. De prijs van een christelijke vrouw tussen de 20 en 30 jaar is 100 duizend Iraakse dinar, het equivalent van 75 euro.
Hervestigingsprogramma
Intussen heeft zowel het Europees parlement als de VS-regering de genocide die IS pleegt op minderheden erkend. Het wordt ook tijd dat de Nederlandse regering deze genocide erkent en daaraan consequenties verbindt, stelt Shabo. De Nederlandse regering zou zich samen met andere Europese landen en de VS moeten uitspreken voor een hervestigingsprogramma voor Arameeërs en andere minderheden in Irak.
Respect voor mensenrechten en minderheden
Shabo vindt overigens dat aan de steun die aan de Iraakse regering en de Koerdische autonome regio verleend wordt best wel eisen op het vlak van mensenrechten en respect voor minderheden gekoppeld mogen worden. Een hervestigingsprogramma zou ervoor moeten zorgen dat alle geconfisqueerde kerken en bezittingen teruggegeven worden aan de rechtmatige eigenaren. Daarnaast zou het moeten zorgen voor compensatie voor de verwoeste bezittingen. Ook zou er geïnvesteerd moeten worden in een structureel ontwikkelingsprogramma voor ontheemden. Verder zou geld beschikbaar gesteld moeten worden voor scholen en instituten die het Aramees-christelijk erfgoed promoten. Zo kunnen Arameeërs en andere minderheden in Irak blijven wonen en hoeven ze niet via de gevaarlijke vluchtelingenroutes een veilig heenkomen te zoeken in Europa.