Blijf in mijn liefde - Valérie Kabergs over de bijbellezing van zondag 5 mei 2024
Evangelie: Johannes 15, 9-17 — ‘Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt’
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ‘Zoals de Vader Mij heeft liefgehad, zo heb ook Ik u liefgehad. Blijft in mijn liefde. Als gij mijn geboden onderhoudt, zult gij in mijn liefde blijven, gelijk Ik die de geboden van mijn Vader heb onderhouden, in zijn liefde blijf. Dit zeg Ik u opdat mijn vreugde in u moge zijn en uw vreugde volkomen moge worden. Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt zoals Ik u heb liefgehad. Geen groter liefde kan iemand hebben dan deze, dat hij zijn leven geeft voor zijn vrienden. Gij zijt mijn vrienden als gij doet wat Ik u gebied. Ik noem u geen dienaars meer want de dienaar weet niet wat zijn heer doet, maar u heb Ik vrienden genoemd want Ik heb u alles meegedeeld wat Ik van de Vader heb gehoord. Niet gij hebt Mij uitgekozen maar Ik u, en Ik heb u de taak gegeven op tocht te gaan en vruchten voort te brengen die blijvend mogen zijn. Dan zal de Vader u geven al wat gij Hem in mijn Naam vraagt. Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt.’
Commentaar Valérie Kabergs: ‘Blijf in mijn liefde’
‘Ik wil zo graag nog een beetje hier blijven.’ Wanneer we ergens op bezoek zijn en het was leuk, zou ons dochtertje liefst van al geen afscheid nemen. Omgekeerd herinner ik mij ook van mijn grootouders en ouders dat ze ons vaak vroegen/vragen om nog een beetje langer te blijven. Het trof mij dan ook in het voorliggende Evangelie dat Jezus hetzelfde verlangt van zijn leerlingen, en dus van elk van ons.
In de tijd waarin het Evangelie geschreven werd, was Jezus niet meer fysiek aanwezig in de gemeenschap van zijn leerlingen. De persoon bij wie ze zo graag zouden blijven, is er niet meer. Het moet dan ook enorm troostend geweest zijn om zich te herinneren dat Jezus hen al voor zijn heengaan een andere manier had aangereikt om bij elkaar te kunnen blijven.
Hoewel de aanbeveling om ‘in zijn liefde te blijven’ nog wat vaag klinkt, verduidelijkt het geheel van het Evangelie wel wat Jezus daarmee bedoelt. Het liefhebben van elkaar blijkt namelijk de toegangspoort tot het verblijf in Jezus’ liefde.
Bovendien is ook meteen helder dat Jezus niemand aan één bepaald verblijf wil verbinden. Integendeel, Jezus geeft zijn leerlingen de opdracht om ‘op tocht te gaan’. Het verblijven in Jezus’ liefde is geen belemmering maar een drijvende motor voor nieuwe initiatieven en beweging.
Jezus geeft zijn leerlingen de opdracht om ‘op tocht te gaan’.
Hoewel het heel eenvoudig klinkt, ervaar ik zelf alvast dat het toch wel wat werk vraagt om in Jezus’ liefde te blijven. Zowel het ‘op tocht gaan’ en het durven verlaten van gebaande wegen, als het liefhebben van elkaar vraagt om veel vertrouwen. Jezus belooft ons echter dat net dát de spirituele ruimte is waarin we de grootste vreugde kunnen vinden en het meest vrucht kunnen dragen. Wellicht komen we Jezus’ vraag al tegemoet wanneer we tijdens regelmatige korte bezoekjes in zijn liefde vertoeven en ons blijven herinneren hoe bijzonder dat is, zodat we – eens vertrokken – alweer verlangen naar een nieuwe visite.
Valérie Kabergs is bijbelblogster en werkt bij CCV Hasselt.