Eerste les van het monnikenhart: mondje toe
Mondje dicht
In het begin valt het allemaal nog mee. Ik bedoel de eerste dertig seconden, laat ons zeggen de eerste twee minuten. Iedereen in de kring zwijgt. Iemand begint te kuchen. Iemand speelt met zijn haar. De blikken zijn naar beneden gericht.
Wat is dat toch dat we het er zo moeilijk mee hebben om een kwartier te zwijgen? Zwijgen lijkt ons tegennatuurlijk. Dat is iets uit onze schooltijd. We zijn nu volwassen. We laten ons niet zomaar het zwijgen meer opleggen. Het is niet dat we voortaan altijd moeten zwijgen, maar het kan wel een diepe betekenis hebben bij tijd en wijle deze kunst te beoefenen. De Regel van Benedictus wijdt een hoofdstuk aan de zwijgzaamheid.
***
De achterliggende reden van de oproep bij monniken om te zwijgen, is niet negatief, integendeel. Het is iets nalaten om iets anders te laten gebeuren. Het heeft te maken met zich willen openen. ‘Zich bekeren’ wordt in het Engels wel eens vertaald als to change your heart, je hart veranderen. Om die verandering gaat het. De overgang maken van spreken naar zwijgen heeft de bedoeling om te leren luisteren met je hart.
Als we altijd praten, weten we zelfs niet dat ons hart ook oren heeft. Zwijgen is die oren alle kans geven.
Het gaat er niet om dat er niet mag gesproken worden. Een woordenteller op onze mond plaatsen is niet nodig. Zwijgen is de scharnieren van de deur van ons hart van olie voorzien, waardoor die gemakkelijker opengaat. Je zou het kunnen vergelijken met het leegeten van je mond voor je ander voedsel tot je kan nemen.
In het Oude Testament zegt Samuël op een bepaald moment: Spreek Heer, uw dienaar luistert. Hij is dus van plan te zwijgen. Deze zin klinkt zo mooi dat we er snel van overtuigd zijn dat dit een ideale basishouding is om ons tot God te richten. Maar zo’n zin in de mond nemen is gemakkelijk. De inhoud ervan beleven is iets heel anders. Dat vraagt een ommekeer en meer tijd dan we denken. Want als we in ons binnenste afdalen, stellen we in alle eerlijkheid vast dat daar een heel ander verlangen leeft.
We blijken ervan te houden om ongemerkt de werkwoorden van plaats te laten wisselen.
Ons binnenste zegt iets heel anders dan onze mond. In plaats van het Spreek Heer, uw dienaar luistert, wordt het dan Luister Heer, uw dienaar spreekt.
De nadruk in het monastieke leven op het zwijgen, betreft een innerlijke houding. Het gaat om fundamentele herinrichting van onze binnenkant. We zouden het kunnen vergelijken met het invoeren van een ander circulatieplan. Ik moet daarbij denken aan een straat waar een versmalling is. Er kunnen nooit twee auto’s tegelijk langs. Daar plaatsen we een ander verkeersbord. Voortaan heeft diegene die van de andere kant komt altijd voorrang. Het luisteren komt steeds eerst.
Hiermee komen we meteen uit bij een van de kernpunten van de monastieke beleving. De Regel van Benedictus start niet toevallig met het woord luister. We zouden bijna kunnen stellen dat in dat ene woord alles vervat zit wat daarna komt. Als we echt leren luisteren met ons hart dan zullen we al wat erop volgt, goed verstaan. Eerst mondje dicht dus.
Gij, God, hebt mij
nooit onderbroken.
Gij wachtte tot ik zweeg om zelf te spreken.Welk een eindeloos geduld hebt Gij met mij
al niet gehad.Ik dacht dat ik bad, maar mijn bidden was spreken tegen U.
En als ik alles had verteld,
was ik weer weg.Net alsof Gij
een postbus waart, waar ik
al mijn zorgen
en vragen
in deponeerde.Ik vroeg me niet af
wat Gij me te vertellen had.Nu wil ik een hele tijd zwijgen. Ik ben aan het leren luisteren. Ik weet het,
ik ben een beginneling.Maar ook hierin geeft Gij mij tijd.
- Ontdek het boek van Erik Galle, In de leer bij de monnik. Monastieke accenten in het dagelijkse leven (Halewijn, 2018) in de webshop van Kerknet.
- De boekvoorstelling vindt plaats op zondag 16 september na de eucharistie van 10 uur in de abdij Bethlehem, Zellaerdreef 5 in Bonheiden.