Heel de wereld stond aan de start van de Vredeskoers
‘De Ronde van Frankrijk achter het IJzeren Gordijn’, zo noemde wielerverslaggever Mark Vanlombeek destijds de Vredeskoers. Het volstond om bij Steven Bulté (39) (foto) de fascinatie voor deze koers in het voormalig Oostblok te ontvonken. Meer nog, toen hij uitviste dat de Vlaming Marcel Claes in 1967 de Vredeskoers had gewonnen, sprong hij met zijn vriend Wouter Fransen op de fiets om de twintigste editie van de Vredeskoers na te fietsen: 2.281 kilometer lang, zestien ritten, waarvan een 850 kilometer in Polen, 740 km door de voormalige DDR en 700 km door Tsjechië.
Een politicoloog, sociaal econoom én zot van de koers?
Steven Bulté • In mijn familie is de ene helft zot van de koers en de andere helft zeer voetbalminded. Van kleins af ging ik al naar de Ronde van Vlaanderen kijken. Dat is een traditie geworden. Ook nu weer stond ik met mijn drie zonen op de Berendries, de Kanarieberg… Toen ik klein was, kwamen er tussen 1991 en 1992 opeens renners uit het Oostblok tussen de westerlingen fietsen. De Muur was gevallen en ook zij wilden geld verdienen met hun sport. Een van de eersten die ik mij herinnerde waren Olaf Ludwig, een Oost-Duitser en Djamolidine Abdoujaparov, een Moldaviër waarvan Mark Vanlombeek zei dat ze zoveel ritten in de Vredeskoers hadden gewonnen. Ik kende die koers niet en dat heeft me altijd gefascineerd.
Wie nam er allemaal deel aan de Vredeskoers?
Heel de wereld stond er aan de start. Een eerste laag, renners uit het Oostblok, kwam uit sportscholen, waren in naam amateur maar in de praktijk prof. Een tweede laag bestond uit jonge beloftevolle westerse renners en een derde laag uit Mongolen, Syriërs, Indiërs, Vietnamezen, Cubanen, Marokkanen… In het begin mochten Oost-Duitsers niet deelnemen. Maar na het Warschaupact (1955) werden ze ontsmet van enige vorm van fascisme. Naderhand, eind jaren vijftig, mochten ook de West-Duitsers meedoen.
Uiteindelijk was je fascinatie zo groot dat je zelf onvoorbereid het parcours van de Vredeskoers van 1967 hebt gereden?
Ik ben soms wat overmoedig (lacht). De jaren ervoor had ik al wat verhalen verzameld en had ik een wat knullig Friedensfahrtmuseum in Kleinmühlingen bezocht. Noch in Duitsland, Tsjechië of Polen is er een echte herinneringscultuur aan de Vredeskoers. Toen las ik dat er een Belg, Marcel Maes, ooit in 1967 de Vredeskoers had gewonnen. Voor de helft van de wereld verscheen Marcel Maes toen elke dag in de krant, van Oost-Duitsland tot bij wijze van spreken Vladivostok. Ik ging dieper graven en besloot zijn tocht na te fietsen met Wouter Fransen, een goede vriend van mij. Hij moest er onder meer voor zorgen dat ik niet verloren reed…
Wie was Marcel Maes (1944-1997)?
Weinig mensen kennen de renner uit Deurle. Hij won de Vredeskoers van 1967 vrijwel per toeval.
Hij was geen echte kopman, niemand geloofde in hem en hij vooral niet in zichzelf.
Hij stond tweede toen op 23 mei Jan Smolik, de Tsjechische kopman en leider op dat moment, bij de rit over de grens van Oost-Duitsland naar het toenmalig Tsjechoslovakije meer dan zeven minuten verloor.
(Lees verder onder de foto)
Hij had niet het hoofd van een kopman, zeg je.
Veel jonge renners zagen destijds af van deelname aan de Vredeskoers, een beetje uit schrik voor de hoge gemiddelden die er werden opgetekend en kapotgereden te worden. Marcel Maes was heel zwijgzaam, ook over zijn eigen winst in de Vredeskoers. Een Oost-Duitse journalist schreef toen dat Marcel van „ein grosse Einsilbigkeit” was, een man van eenlettergrepige antwoorden.
Na zijn winst en een korte rol in de Wilhelm II-ploeg van Rik Van Looy ging zijn wielercarrière bergaf.
Volgens Frans Mintjens, zijn ploegmaat van weleer, geloofde Marcel Maes te weinig in eigen kunnen. Op die manier word je snel in de rol van helper geduwd, zeker in een wielrennen dat hard rond clans draaide – Van Looy, Merckx, De Vlaeminck... Daar kon je op meesurfen zoals Frans Mintjens met Merckx heeft gedaan, maar Marcel Maes vond in die wereld nooit zijn plaats. Door een zware blessure is hij nooit meer op niveau geraakt. Hij is gestopt in 1973 en werd kraanman bij de Belgische spoorwegen.
Vond je op je tocht nog sporen van of naar de Vredeskoers?
De Vredeskoers was voor de bevolking daar veel belangrijker dan de Ronde van Frankrijk. Het hele maatschappelijk leven was errond gebouwd, met themaweken op school waarbij leerlingen brieven schreven naar de renners, met fabrieken die sloten als de koers passeerde. Bij de val van de Muur viel er een dikke laag stof op de Vredeskoers die nooit meer is weggegaan. We hebben de editie van 1967 ook gereden met een replica van de leiderstrui van de Vredeskoers, een gele trui met een grote, witte duif erop. Die duif, La Colombe, had Picasso in 1949 gemaakt in opdracht van een internationale vredesconferentie. Oudere mensen in Oost-Duitsland herkenden de duif omdat in 1955 Täve Schur, de Eddy Merckx van de DDR, de Vredeskoers had gewonnen, ook in Tsjechië maar niet in Polen. In Tsjechië bestaat nog altijd een Vredeskoers voor junioren die onder meer Remco Evenepoel heeft gewonnen. De koers wordt echter enkel in Tsjechië gereden.
Wat blijft je bij als uniek moment uit jullie drie weken durende tocht?
Wat mij fascineert, is hoe de drie landen zo erg veranderd zijn, elk op hun eigen manier. De mensen in Polen en Tsjechië kijken heel optimistisch naar de toekomst, terwijl in Oost-Duitsland, in de regio rond Dresden en Leipzig, er een groot gevoel van malaise heerst. Jongeren trekken weg naar de grotere steden, oudere mensen kunnen niet mee met de veranderingen in hun dorp. Het is er spotgoedkoop om te wonen omdat er niemand wil wonen. Door de lage prijzen komen asielzoekers op die woningen af en dat zorgt voor fricties met de oudere inwoners. En heel frappant, de straten zijn er heel leeg.
• Steven Bulté, Vredeskoers. De Ronde van de witte duif, Ertsberg, 288 blz., 27,50 euro, 288 blz., ISBN 978 94 6436 989 2