Een klein mirakel aan het Zuidstation — Willy Bombeek [column]
Op mijn fietstocht van thuis in Anderlecht naar de Guimardstraat passeer ik scholen, buurtcafés, kruideniers, halalslagers, moskeeën, (evangelische) kerken en het Zuidstation. Na een lunchvergadering nabij het Zuidstation fiets ik terug naar huis, nog in gedachten over de besproken thema’s en reacties. Aan het station is het steeds opletten geblazen. Bus-, tramlijnen en taxi’s kruisen er. Reizigers, heel wat thuislozen en ongure figuren mengen zich door elkaar. Ik slalom naarstig tussen alle beweging door. Thuisgekomen stel ik vast dat mijn privé- én werktelefoon verdwenen zijn.
Het zweet breekt mij uit. Al mijn contacten – privé en professioneel – verloren.
Thuis heb ik geen vaste lijn meer. Wat nu? Mijn tablet! Via een videocall contacteer ik mijn zus: ‘Je bent je telefoons kwijt hé? Maar een man heeft ze gevonden… aan het Zuidstation.’
De man had mijn telefoons zien vallen, riep mij nog na. Na verschillende nummers te hebben geprobeerd, kwam de eerlijke vinder bij mijn zus en neef terecht. Hij vroeg om mijn adres om ze terug te brengen.
Via videocall bedankt ik hem hartelijk. De Afrikaanse man reageert met de brede glimlach: ‘Monsieur, le gsm, c’est la vie!’. Ik stel voor om ze te komen oppikken. Het hoeft niet, want hij moet zijn kinderen afhalen aan school. Hij zal langskomen.
En zo gebeurt het. De vriendelijke man overhandigt mij de telefoons.
Ik dring aan om hem voor de moeite te vergoeden, maar hij accepteert niets.
‘s Avonds contacteer ik hem nog of ik iets voor zijn kinderen mag opsturen, maar nee, mijn dankbaarheid is voor hem voldoende. Eén verloren telefoon terugkrijgen is ongelofelijk, maar twee verloren telefoons terugkrijgen, is een mirakel. Merci monsieur.
• Willy Bombeek is coördinator van het Aanspreekpunt Homoseksualiteit & geloof.