Recordopbrengst voor Kerk in Nood
Kerk in Nood heeft in 2014 voor het eerst in zijn geschiedenis de kaap van 100 miljoen euro aan giften overschreden. Het totale bedrag aan ontvangsten bedraagt ruim 105 miljoen euro of een meeropbrengst van ruim 17 miljoen euro in vergelijking met 2013. Dat staat te lezen in pas gepubliceerde jaarverslag 2014 van de katholieke hulporganisatie, met hoofdzetel in het Duitse Königsberg. Het Belgische hoofdkwartier van Kerk in Nood bevindt zich in de abdij van Park in Leuven.
1 op de 12 seminaristen wereldwijd wordt op de een of andere manier door Kerk in Nood geholpen
Seminaristen & seminaries
Het afgelopen jaar financierde Kerk in Nood 5.614 pastorale projecten in 145 landen. Met de recordopbrengst werden onder meer ook 9.669 seminaristen wereldwijd ondersteund. Dit betekent naar eigen zeggen concreet dat momenteel 1 op de 12 priesterstudenten op de een of andere manier door Kerk in Nood geholpen wordt. Bijkomend was er hulp voor het levensonderhoud of de opleiding van 9.790 zusters en steun voor 1.508 bouwprojecten voor kerken, kapellen, pastorieën, seminariegebouwen, catechesecentra of andere kerkelijke gebouwen. In 2014 werden door de hulporganisatie 1,4 miljoen religieuze boeken (kinderbijbels, catechismussen e.a.) gedrukt en verdeeld en werd het media-apostolaat ondersteund door de promotie van katholieke tv- en radiostations wereldwijd.
Prefabschooltjes voor vluchtelingenkinderen
Een aanzienlijk deel van de hulp van Kerk in Nood ging naar landen in het Nabije- en het Midden-Oosten, waar honderdduizenden mensen, voornamelijk in Irak en Syrië, gevlucht zijn voor de oorlog en de oprukkende terreurorganisatie 'Islamitische Staat' (IS). De bijdrage voor deze regio maakt 13 procent uit van het totale budget. Zo werd onder meer 2 miljoen euro vrijgemaakt voor de bouw van acht prefabschooltjes voor vluchtelingenkinderen in de Iraakse steden Erbil en Dohuk. Een derde van de verleende hulp was bestemd voor Afrika, waar de Kerk snel groeit ondanks de enorme armoede en het gebrek aan goede infrastructuur. In Oost-Europa lag de klemtoon op Oekraïne en Rusland. Maar ook Balkanlanden krijgen nog steeds steun om de gevolgen van de laatste oorlog te boven te komen