Als Gezelles hersenen spreken
Boudewijn Knevels ontleedt priester-dichter vanuit uniek perspectief
Zopas verscheen Tot u spreken de hersenen van Guido Gezelle, het jongste boek van de Limburgse schrijver-dichter Boudewijn Knevels (72). Een docuroman waarin de hersenen van de West-Vlaamse priester-dichter Guido Gezelle (1830-1899) het woord nemen en met veel respect spreken over hun drager, ‘mijnheer Gezelle’. Het verhaal ontstond in Knevels’ hoofd nadat hij meerdere Gezellebiografieën had gelezen. Aan een tafel in het rustige Haspengouwse dorp Mettekoven vloeide de hersenspinsels vlot uit zijn digitale pen.
„Ik vond het fascinerend te vertrekken vanuit die invalshoek. Velen weten immers niet dat die buitengewone hersenen van Guido Gezelle een dag na zijn overlijden werden verwijderd”, legt Knevels uit.
Uitzonderlijk was het brein van de priester-dichter-journalist alleszins. Zijn cerebellum woog maar liefst 1.674 gram, terwijl het gemiddelde gewicht van een Europese man maar 1.350 gram bedraagt. Bij het borstbeeld van Gezelle, dat in de woonkamer van Knevels een ereplek kreeg, valt het dikke hoofd op. „Uit d’hersens van myn hoofd, komt voedsel voor de menschen”, schreef Gezelle. „Geestelijk voedsel, dat was zijn drijfveer. De Vlaming door de taal dichter bij God brengen”, weet Boudewijn Knevels. Met dat citaat opent ook de docuroman. Het vormt tegelijkertijd een rode draad door dit werk.
„Alle hoofdpersonages bestonden echt en speelden een belangrijke rol in Guido Gezelles leven. De verhalen berusten deels op feiten, maar ik liet ook mijn dichterlijke vrijheid meespelen. Daardoor worden het bijna echt gebeurde verhalen. De gedichtenfragmenten geven dan weer inhoud en sfeer weer. Ik probeerde ook om me in te leven in de geest van die tijd. Meer [node:field_streamers:0] nog, omdat de hersenen het verhaal vertellen, liet ik me zelfs informeren door een patholoog”, lacht Boudewijn Knevels.
De linker en de rechter hersenkwab vertellen via terugblikken over de Gezelles talrijke ontmoetingen. Ook opmerkelijk is de passage van pastoor August Cuppens uit Loksbergen, of het verhaal achter ‘Moederken’. Het intussen bekende gedicht zou in 1890 geschreven zijn in Tongeren, tijdens een bezoek aan de heiligdomsvaart, de huidige Kroningsfeesten. Samen met de deken van Sittard en een Nederlandse journalist bezocht Gezelle een bevriende familie in de oudste stad van het land. Ontroerd door een verhaal van de journalist over diens moeder nam Gezelle een velletje papier en schreef ter plekke „’t En is van u hiernederwaard, geschilderd of geschreven, mij, moederken, geen beeltenis, geen beeld van u gebleven.” Misschien herkent u de eerste zinnen nog wel uit uw schooltijd.
Tot u spreken de hersenen van Guido Gezelle is het eerste deel van een trilogie. De manuscripten over Gezelles strijd tegen de vrijmetselarij en zijn vergeten humor liggen klaar, net als de tweede druk van deel 1.
Want, Gezelle leerde ‘het schrijverke’ uit Mettekoven schrijven: melodieus en ritmisch, op rijm en vol muziek. Dat blijkt uit eerder verschenen uitgaven van Boudewijn Knevels. Hij zegt: „Herman de Coninck, toch wel een van onze grootste Vlaamse dichters, zei ooit in een interview dat hij zich, net wegens het melodieuze, had voorgenomen om nooit te schrijven zoals Guido Gezelle. Gelukkig was dat bij mij anders. Wie wordt er niet aangesproken door het mooie ‘O krinklende winklende waterding, met ‘t zwarte kabotseken aan’?” Boudewijn Knevels kijkt voor zich uit en droomt weg.
Boudewijn Knevels, Tot u spreken de hersenen van Guido Gezelle. Docuroman over de méns achter de priester-dichter, Vertelpunt Uitgevers, 2017, 161 blz., 19,95 euro, is verkrijgbaar bij Standaard Boekhandel.