Naadloos verbonden - Babs Mertens [column]
Of ik haar en haar moeder een lift naar het ziekenhuis kan geven? De uitputting is voelbaar in haar stem. Zelf heb ik na drukke weken enkele dagen vrij. Met plezier schenk ik er één aan hen. Het is de eerste keer dat ik haar moeder ontmoet. Gisteren kwam ze met een medisch visum aan in ons land. Tot aan de juiste afdeling kan ik hen moeiteloos brengen, daarna neemt mijn Syrische vriendin het over. Na maanden gependel tussen haar appartement in Brussel en het ziekenhuis in Beiroet kan ze feilloos alle onderzoeken, medicatie en klachten van haar moeder benoemen. Ook de dokter is onder de indruk.
Op de terugweg stoppen we bij een Syrische supermarkt. ‘Hoeveel kunnen we meenemen?’, klinkt het. ‘Zoveel als er in mijn auto kan!’, glimlach ik. Niet veel later genieten we samen van een heerlijke, zelfbereide Syrische maaltijd. Haar moeder laat er geen gras over groeien. Ook ik rijd met Syrische boodschappen naar huis.
Hoe houden ze het uit in een éénkamerappartement, vraag ik me af als ik hen weer opzoek. Het is kerstvakantie en samen gaan we naar het klooster van de Libanese heilige Charbel. Na opnieuw een heerlijk maal vieren we ook de kerstliturgie samen in de Syrisch-katholieke kerk in Brussel. Een vleugje ‘thuis’ in België doet de ogen van haar moeder oplichten. Ook voor mij is het kostbaar om zomaar wat van mijn tijd aan hen te geven. ‘Zou je moeder het zien zitten om voor een groep te koken?’, vraag ik enkele weken later. Ik verwacht bezoek uit Syrië en dat moet worden gevierd. Het blijkt een schot in de roos. Haar moeder loopt over van vreugde! De vreugde om te kunnen én te mogen geven. Zo verbindt de cirkel van geven en ontvangen ons de laatste weken naadloos met elkaar.
Babs Mertens is stafmedewerkster bij ‘TAU - Franciscaanse spiritualiteit vandaag’.