Philippe Herreweghe: 'Als ik Bach dirigeer, ben ik gelovig, dat kan niet anders’ [Otheo Radio]
Soundcloud
Met zijn ensemble scheert Philippe Herreweghe (78) nog altijd hoge toppen. De drang naar muziek en de neiging om te dirigeren deed zich al vroeg in zijn leven voor. In het schoolkoor bij de jezuïeten mocht hij – hij was 14 - repetities leiden wanneer de verantwoordelijke pater verhinderd was.
Boven zijn bed had de jonge Herreweghe posters van Gustav Leonhardt en Nicolaus Harnoncourt hangen, twee internationaal gerenommeerde dirigenten die toentertijd de oude muziek lieten herleven.
Die oude muziek zou Herreweghe samen met onder andere Sigiswald Kuijken terugbrengen naar zijn oorspronkelijke kracht. Ze beslisten om werk van Johann Sebastian Bach en tijdgenoten niet langer op moderne instrumenten te spelen, maar op instrumenten die ook in de 17de eeuw werden gehanteerd, of kopieën ervan.
Met Collegium Vocale voerde hij de Matteüspassie uit met dertig zangers en een dertigtal instrumentisten , terwijl het publiek een bezetting van honderd man gewend was. Herreweghe voert later ook Beethoven, Schumann, Bruckner en zelfs Schönberg uit en verovert de wereld.
In een gesprek met Leo A. De Bock vertelt hij openhartig over zijn opvoeding, zijn keuze om psychiater te worden en dan toch niet, z’n geloven en niet geloven, z’n liefde voor de ‘historische praktijk’ en de aantrekkingskracht die de Bijbel voor hem heeft.